Samen met mijn oudste dochter bezocht ik de voetbalwedstrijd Oranje – Letland. Wat een avontuur was dat! Eerst had ik via internet kaartjes weten te bemachtigen. Yes! Vervolgens moesten we allerlei apps downloaden en twee coronasneltests inplannen.

De eerste was op de dag van de wedstrijd. Ik fietste naar de testlocatie, bleek die gesloten te zijn. Een kwartier verderop konden we in een hangar alsnog getest worden. Toevallig stond Arno Vermeulen voor me en Kees Jansma achter me in de rij. In een bordkartonnen hokje stak een gemaskerde dame een lange wattenstaaf in mijn neus. Op de terugweg kreeg ik een mailtje binnen: negatief. Hoera!

Om vijf uur meldden mijn dochter en ik ons bij de ingang van het stadion, bij bubbel 5. Wij bofkonten mochten bier en ballen halen bij de bar. Het was er ouderwets druk. Fijn! Eigenlijk moesten we daarna ons mondkapje ophouden, maar dat drinkt heel lastig. Dus we zaten veel in onze blote mond. En ook naast wildvreemde mensen. Heerlijk!

Omdat iedereen negatief getest was, maakte dat natuurlijk niks uit. Twee keer drie kwartier plus de rust waren we in een coronavrij walhalla. Onze jongens wonnen met gemak en wij zaten op ons gemak. We konden twee keer vol juichen, maar het volkslied vond ik uiteindelijk het mooist. Hoe ontroerd we allemaal waren toen dat door het stadion klonk. We konden met de hand op ons hart meezingen en voelen dat er licht is aan het einde van de spelerstunnel.

Meer columns van Joris Linssen?

Geef je op voor de inspiratie-nieuwsbrief en ontvang zijn column in je mailbox samen met andere inspirerende artikelen.

Schrijf je in