In paradisum (‘Naar het paradijs’) is een gezang dat deel uitmaakt van de requiemmis. Traditioneel wordt het gezongen na de absoute, bij het uitdragen van de overledene.

Herkomst
In paradisum bestaat feitelijk uit twee achter elkaar gezongen antifonen waarvan de eerste (de eerste drie regels van het lied) al vanaf de zevende eeuw bekend zijn. In de Middeleeuwen werd er een tweede antifoon (Chorus angelorum) aan toegevoegd. Sindsdien maakt het geheel deel uit van de requiemmis. Opvallend is het optreden van Lazarus in de voorlaatste regel. De tekst hier verwijst vrijwel letterlijk naar het Lucas-evangelie, waar in 16:20 staat geschreven: “Op zekere dag stierf de bedelaar, en hij werd door de engelen weggedragen om aan Abrahams hart te rusten”.

Fauré
Het gezang is door verschillende componisten getoonzet. De bekendste versie is wellicht die van Gabriël Fauré, uit diens Requiem.

TEKST
In paradisum deducant te angeli;
in tuo adventu suscipiant te martyres,
et perducant te in civitatem sanctam Ierusalem.
Chorus angelorum te suscipiat,
et cum Lazaro, quondam paupere,
æternam habeas requiem.

Nederlandse vertaling:
Mogen de engelen u geleiden naar het paradijs;
dat de martelaren bij uw komst u zullen ontvangen
en u binnenleiden in de heilige stad Jeruzalem.
Moge het koor van de engelen u ontvangen
en moge u met Lazarus, eens een arme,
de eeuwige rust ontvangen.

In deze video het In Paradisum aan het slot van de uitvaartmis voor mgr. Jos Lescrauwaet in de Sint-Janskathedraal te Den Bosch op 23 november 2013: