25-11-2019

De voormalige trappistenabdij Onze Lieve Vrouw van Sion heeft een bebouwde oppervlakte van 7.500 vierkante meter. Stichting Nieuw Sion, die het kloostercomplex in 2015 overnam, heeft daarom een energierekening van ongeveer 40.000 euro per jaar. Door isoleren en het zelf opwekken van energie wil de stichting CO2-neutraal worden. “Maar daarvoor hebben we wel de hulp van sponsors nodig”, zegt directeur Peter Dullaert tegenover RTV Oost. 

Nog voor het einde van de winter wil Nieuw Sion een flinke slag slaan als het gaat om duurzaamheid. De doelstelling is om vóór 1 februari 250 zonnepanelen gesponsord te krijgen. “Die kosten 250 euro per stuk. Een koor of een groep zou een zonnepaneel kunnen bekostigen. Of een individu natuurlijk, als je dat kunt betalen”, oppert Dullaert. 

“De energierekening is nu nog een molensteen om onze nek”, zegt de directeur van Nieuw Sion, die ook aangeeft dat de verduurzaming inmiddels in gang is gezet. “We hebben het gastenverblijf bijvoorbeeld helemaal geïsoleerd. Toen de monniken hier nog waren, hadden ze een energierekening van 60.000 euro per jaar. Dat is inmiddels 20.000 euro per jaar minder. Maar we willen uiteindelijk zelfvoorzienend worden. Ook met behulp van warmtepompen en eventueel biomassa. Dat is goed voor het klooster en goed voor het milieu.”

De 250 geplande zonnepanelen worden overigens niet op de daken van het rijksmonumentale klooster geplaatst. Ze komen op de daken van een kapschuur en een boerderij op het kloostercomplex en uit het zicht. 

Nieuw Sion streeft ernaar om de geloofsbeoefening in de voormalige abdij voort te zetten. Dat gebeurt door een groep vrijwilligers die gastvrijheid biedt aan mensen op zoek naar rust en inspiratie.

De stichting zegt over haar missie op haar website Nieuwsion.nl: “We willen een plaats voor gelovig leven zijn, een klooster waar we samen de hand aan de ploeg slaan, letterlijk en figuurlijk. Waar mensen gaan wonen die, samen met een getijdengemeenschap, willen instaan voor een gebedsritme waaraan bezoekers kunnen meedoen. Een open kerkgebouw. Een gastvrij onthaal. En dat alles in een sfeer van stijlvolle eenvoud, rechtdoend aan cultuur en omgeving, in een klimaatneutraal, modern kloostergebouw.”