Vaticaanstad, 24 februari 2021 – Het allereerste pausbezoek aan Irak gaat, als het aan het Vaticaan en de diverse christelijke kerken in het land ligt, gewoon door. De coronapandemie en terreuraanslagen lijken Franciscus niet van zijn reisplannen af te brengen. Deze apostolische reis, die duurt van 5 tot 8 maart, heeft als doel om de christenen in Irak een hart onder de riem te steken en de interreligieuze en maatschappelijke vrede te bevorderen.
De katholieke kerkleiders in Irak verwachten veel van de effecten van dit apostolisch bezoek. “De paus komt voor iedereen”, benadrukte kardinaal Louis Raphaël Sako in een interview met het Franciscan Christian Media Center in Jeruzalem. Voor het hoofd van de Chaldeeuws-Katholieke Kerk en aartsbisschop van Bagdad is het duidelijk: alle Irakezen zullen ervan profiteren.
Vanwege coronamaatregelen zijn veel religieuze heiligdommen op last van de regering gesloten. Een aantal van deze locaties zal speciaal voor de paus worden geopend.
Op zondag 7 maart reist de paus per vliegtuig naar Erbil, in de autonome Koerdische regio in Noord-Irak. Vlakbij de internationale luchthaven sloegen op 15 februari zeker drie raketten in. Bij deze aanslag, opgeëist door een relatief onbekende organisatie die zich Awliyaa al-Dam noemt, viel één dode en zes gewonden, onder wie een Amerikaanse militair.
De Chaldeeuws-katholieke aartsbisschop van Erbil, mgr. Bashar Warda, verklaarde tegenover Kerk in Nood dat het onwaarschijnlijk is dat deze raketaanval verband houdt met het pausbezoek.
Ondanks de dreiging van nieuwe aanslagen en een uitbreiding van het aantal coronabesmettingen zullen op 7 maart zo’n tienduizend katholieken in een stadion van Erbil samenkomen om samen met de paus eucharistie te vieren.
Kardinaal Fernando Filoni, apostolisch nuntius in Irak van 2001 tot 2006, zegt te hopen dat het pausbezoek genezing zal brengen in het land dat de afgelopen decennia zoveel heeft geleden. In het Franse dagblad La Croix zegt hij dat de christenen in Irak het vooral sinds 2003 heel moeilijk hebben. De Irakoorlog van dat jaar noemt hij “de moeder van alle conflicten en vormen van terrorisme die daarna zijn ontstaan”. De olierijkdom van Irak was zowel een vloek als een zegen. “Wie zou naar de Iraakse woestijn zijn gekomen om te sterven als er niet al die minerale rijkdommen waren?”, vraagt Filoni zich af, wijzend op de VS en het VK die op 20 maart 2003 het land binnenvielen om Saddam Hoessein af te zetten omdat die zogenaamd massavernietigingswapens zou verbergen.
Sinds die invasie zijn veel Irakezen op de vlucht geslagen. Het waren niet alleen christenen die ontsnapten aan de gruwelen van de instabiliteit. Ook Yazidi's en moslims wilden weg, omdat ze geen toekomst meer in het land zagen.
Na de val van Saddam Hoessein ontstond een nieuwe islamistische terreurorganisatie: ISIS, IS en Daesh genoemd. Een van de dieptepunten van de opkomst daarvan was de verovering van Mosoel op 10 juni 2014. Daarop volgde de stelselmatige vervolging van christelijke burgers van deze Noord-Iraakse stad. Op 9 juli 2017 verklaarde de regering van Irak dat IS er geheel verdreven was. De stad lag nagenoeg geheel in puin. Het is daarom voor paus Franciscus van het grootste belang dat hij Mosoel bezoekt. Na de mis in Erbil vliegt hij per militaire helikopter naar het 86 km verderop gelegen Mosoel. Op een kerkplein in de stad zal de Heilige Vader een gebed uitspreken voor alle oorlogsslachtoffers.