15-11-2018

In de kapel van het clarissenklooster Sint-Josephsberg in Megen (gemeente Oss) is woensdag een intentieverklaring ondertekend door de Megense clarissencommuniteit, de provincie Noord-Brabant, de gemeente Oss en de Konferentie Nederlandse Religieuzen. Deze vier partijen zullen zich gezamenlijk inzetten om de toekomstplannen van de vrouwelijke kloosterlingen te onderzoeken.

Abdis Angela gaf aan dat de locatie in Megen als bijna drie eeuwenlang “heilige grond” is. “Wij willen ons leven van gebed graag vanaf deze plek blijven doen. Daarom zijn wij enige tijd geleden begonnen met nadenken over de toekomst en wat wij hieraan konden doen. Dit hebben wij verwoord in de visie ‘Bouwen aan een duurzaam clarissenleven’.”

Die visie gaat uit van vier pijlers, legt de clarissenoverste uit. “Dat zijn gastenontvangst, productlijnen, zoals vegetarische producten, kruiden en thee, de ‘tafel van de Heer’ en duurzaamheid op heel veel verschillende manieren en verschillende onderwerpen. Heel direct over vermindering van ons energieverbruik, maar bijvoorbeeld ook over respectvolle omgang met het milieu en alle levende wezens. De 'tafel van de Heer' verwijst naar een Franciscaans begrip. Het betekent dat je voor een deel ook mag hopen op de goedheid van anderen om je te ondersteunen, op giften dus.”

Het clarissenklooster is een rijksmonument dat dateert uit de achttiende eeuw, en is onderdeel van een uniek ensemble in Megen, waar ook het franciscanenklooster ligt. “Hierdoor wordt Megen ook wel Assisi aan de Maas genoemd. Vanwege de bijzondere kenmerken van dit klooster is het van belang voor onze verhaallijn Religieus Brabant. Daarom zijn we partner bij het verkennen van de toekomstplannen voor het klooster”, vertelt de Noord-Brabantse gedeputeerde Henri Swinkels van de SP.

Doelstelling van het provinciale erfgoedbeleid is het erfgoed te behouden en het verhaal van ‘Assisi aan de Maas’ zichtbaar te maken.

Ook de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR) neemt deel aan de verkenningsfase. KNR-secretaris Patrick Chatelion Counet benadrukte daarbij dat zijn koepelorganisatie niet zozeer in de stenen wil investeren maar meer in de levende kloostergemeenschappen en het religieuze leven dat toekomst heeft. "Een aantal religieuze orden en congregaties in Nederland is bezig met afbouw en voltooiing, maar zij zijn veelal wel (financieel) solidair met gemeenschappen die de waarden van het religieus leven verder kunnen dragen.”

Chatelion Counet wees er ook op dat duurzaamheid niet een nieuw modeverschijnsel is dat de politiek en vele anderen pas enkele jaren ontdekt hebben. "Franciscus en Clara waren daar duizend jaar geleden al mee bezig. Niet eens zozeer om de aarde en de mens in stand te houden, maar om de schepping en vooral ook de Schepper te eren. In deze spiritualiteit leven de Clarissen en vele andere religieuzen nog altijd.”

Oss, dat ook partner is in het onderzoek, heeft veel religieus erfgoed. Wethouder Johan van der Schoot: “Het Clarissenklooster is om meerdere redenen bijzonder: vanwege het gebouw en de eeuwenlange verbondenheid met Megen, maar ook door de inbreng en bewoning door de zusters tot op de dag van vandaag. Daarom willen wij graag samen met de zusters en de andere partijen meedenken over de toekomst van het klooster en de gemeenschap van zusters.”