"Je kunt de coronatijd zien als een 'reset-tijd'", vindt theoloog Jos van Oord. "Het is een periode tussen de tijd die was en de tijd die komt." Het resultaat: zeven mijmeringen over het effect van de crisis op ons leven. Dit is aflevering 3, lees je mee?
Ik hoorde laatst een verhaal van iemand die elke dag twee uur in de file stond. Veel van huis weg. In de file had hij de eerste telefonische werkgesprekken. ’s Avonds laat thuis. Toen kwam het virus het land in. De man moest verplicht thuis werken. Er kwam meer tijd voor bezinning. Voor nieuwe plannen.
Hij stopte met zijn werk, vond een stuk land. Met een huis. En ging daar wonen. Zijn blauwe pak hing hij in de kast. En kocht een overall. Hij heeft een kruidentuin aangelegd, een moestuin. De man wil in zijn levensonderhoud voorzien door de opbrengst van het land aan winkels en restaurants te verkopen. En hij is de koning te rijk. Al schoffelend vraagt hij zich nog wel eens af: ‘Waar ben ik mee bezig geweest?’ Was het najagen van wind?
Er is een klein boekje in de Bijbel – het heet Prediker- waar die vragen ook klinken. Wat heeft het allemaal voor zin? Volle dagen in de weer, geen pauze, altijd online. Is het niet allemaal lucht? Stelt het echt iets voor? Al dat dagelijkse gedoe?
Waar ben ik mee bezig geweest? Was het najagen van wind?
Er zijn veel mensen die nu met deze vragen leven. Waar doe ik het allemaal voor? Moet ik echt met dat vliegtuig mee? En waarom zeven dingen tegelijk doen? Vergeet ik mezelf niet? Heb ik alleen maar geïnvesteerd in succes, in meer en minder in mijn relatie, of kinderen? Of in mezelf. Hoe ga je om met onzekerheid? Het zijn geen luxevraagstukken meer, maar vragen zoals ons dagelijkse brood.
Verpleegkundige Bronnie Ware uit Australië onthulde een paar jaar geleden top 5 redenen voor spijt van mensen op hun sterfbed. Je eigen sterfelijkheid brengt je tot zulke spijtbetuigingen. Deze crisis blijkbaar ook. Het roept de vragen op die Bronnie tegenkwam: waarom werkte ik zo hard? Waarom paste ik mij zoveel aan aan de verwachtingen van anderen? Waarom investeerde ik zo weinig in mijn familie en vrienden? Waarom was ik zo weinig gelukkig? Waarom uitte ik mijn gevoelens niet?
Voor de man die nu dagelijks in de moestuin werkt en niet meer in de file staat, is de spijtlijst in ieder geval al ingekort. Nu die van mij nog.
