Vaticaanstad, 14 maart 2021 - Paus Franciscus is vanochtend in de Sint-Pietersbasiliek voorgegaan in een pontificale hoogmis bij gelegenheid van 500 jaar christendom op de Filipijnen.  

Aan de eucharistieviering bij het Altaar van de Cathedra op deze Zondag Laetare (Halfvasten) namen vooral Filipino’s deel. Bij de intredeprocessie gingen dansende gelovigen uit de Filipijnen voorop. De liturgische gezangen waren in het Filipino.

Lolo Kiko

Onder de concelebranten was kardinaal Luis Antonio Tagle, voormalig aartsbisschop van Manilla en thans prefect van de Congregatie voor de Evangelisatie der Volkeren. Aan het einde van de mis sprak hij de paus enigszins geëmotioneerd toe en dankte Franciscus voor diens nabijheid tot het Filipijnse volk.

Tagle zei dat als geëmigreerde Filipino’s hun grootouders missen, ze dan altijd bij Lolo Kiko terecht kunnen. In het Filipino betekent lolo grootvader en is Kiko een verbastering voor het Spaanse Francisco. De paus liet een aantal jaar geleden weten dat hij graag door Filipino’s als zodanig wordt aangeduid.

Tagle en Franciscus op 14 maart 2021

Magellaan

Binnenkort start op de Filipijnen de nationale viering van dit vijfde eeuwfeest van de kerstening van de natie. In geen enkel Aziatisch land wonen nu zoveel christenen als op de Filipijnen. Meer dan 90 procent van de bijna 111 miljoen inwoners is gedoopt.

De Katholieke Kerk op de Filipijnen opent het nationaal jubeljaar op paaszondag 4 april en sluit het af in de periode 18-22 april 2022, wanneer in Cebu City het 2e Nationale Missiecongres wordt gehouden.

De kerstening van de Filipijnen, genoemd naar de Spaanse koning Filips II, ging in de beginjaren hand in hand met kolonialisme en imperialisme. Belangrijke datum is 17 maart 1521, toen de Portugese ontdekkingsreiziger Fernão de Magalhães als eerste westerling landde op het eiland Cebu. Hij gaf leiding aan een Spaanse expeditie die op zoek was naar de Molukken, waar kostbare specerijen als nootmuskaat en kruidnagel groeiden. Het verhaal gaat dat Magellaan (vernederlandsing van zijn Spaanse naam Magallanes) of een van zijn mannen de zieke kleinzoon van Rajah Humabon, de heerser van Cebu, genas. Uit dankbaarheid lieten hij en 800 van zijn onderdanen zich dopen.

Vijfhonderd jaar later is 80,6 procent van de bevolking rooms-katholiek en behoort 8,2 procent behoort tot de diverse protestantse genootschappen en 3,4 tot andere christelijke kerken. Naast de christelijke meerderheid is er een sterke moslimminderheid van 5,6 procent; deze bevindt zich vooral op de zuidelijke eilanden Mindanao, Sulu en Palawan. De resterende groepen bestaan uit aanhangers van boeddhisme, taoïsten, confucianisten en inheemse animistische culten.

Smokkelaarsters van het geloof

“Dierbare broeders en zusters, vijfhonderd jaar zijn verstreken sinds de eerste christelijke verkondiging op de Filippijnen aankwam. U hebt de vreugde van het Evangelie ontvangen: dat God ons zo liefhad dat hij zijn Zoon voor ons heeft gegeven. En deze vreugde is te zien in uw volk, het is te zien in uw ogen, in uw gezichten, in uw liederen en in uw gebeden. Het is een vreugde waarmee u uw geloof uitdraagt naar andere landen”, zei de paus vanochtend in zijn homilie.

“Vele malen heb ik gezegd dat Filipijnse vrouwen hier in Rome ‘geloofssmokkelaarsters’ zijn! Want waar ze ook werken, daar werken ze, maar ze zaaien ook het geloof. Dit is – sta me het woord toe – een generationele ziekte, maar een gezegende ziekte! Bewaar het! Draag het geloof verder, waarvan u de verkondiging 500 jaar geleden ontving, en die u nu verder draagt.”

Franciscus sprak zijn dank uit aan al die Filipino’s die over de hele wereld de christelijke vreugde brengen. “Ik denk, zoals gezegd, aan de vele mooie ervaringen in Romeinse gezinnen – maar het is overal ter wereld hetzelfde – waar uw onopvallende en hardwerkende aanwezigheid ook een getuigenis van het geloof is geworden. In de stijl van Maria en Jozef: God houdt ervan om de vreugde van het geloof te brengen door nederig en verborgen, moedig en volhardend dienstbetoon.”

“Op deze verjaardag, die zo belangrijk is voor het heilige volk van God op de Filipijnen, wil ik er bij u ook op aandringen niet te stoppen met het evangelisatiewerk - dat geen proselitisme is, maar iets anders. De christelijke verkondiging die u hebt ontvangen moet altijd naar anderen worden gebracht; het evangelie van Gods nabijheid vraagt om tot uitdrukking te worden gebracht in liefde voor de broeders; Gods verlangen dat niemand verloren gaat vraagt de Kerk om zorg te dragen voor hen die gewond zijn en in de marge leven. Als God zozeer bemint dat Hij zich aan ons heeft gegeven, dan heeft de Kerk ook deze zending: zij is niet gezonden om te oordelen maar om te verwelkomen; niet om op te leggen maar om te zaaien; de Kerk is niet geroepen om te veroordelen maar om Christus te brengen die verlossing is”, aldus de paus.  

Paus Filipijnen in Vaticaan