Istanbul, 7 februari 2023 - In een brief aan de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan heeft oecumenisch patriarch Bartholomaios van Constantinopel zijn diepe geschoktheid uitgesproken over de omvang van de aardbevingscatastrofe. Hij betuigt zijn medeleven aan de slachtoffers en bedankt in het bijzonder de reddingswerkers en het medisch personeel voor hun inspanningen, met de Oostenrijkse informatiedienst Pro Oriente vandaag.
Meer dan 5.000 mensen zijn omgekomen bij de verwoestende aardbevingen die maandagochtend het Turks-Syrische grensgebied troffen, en het dodental blijft stijgen.
Patriarch Johannes X van Antiochië riep in een boodschap op tot gebed voor de slachtoffers. De kerkelijke gemeenschappen die vallen onder de jurisdictie van het Patriarchaat van Antiochië, zijn bijzonder zwaar getroffen door de ramp. De aardbeving heeft talloze mensen het leven gekost en uitermate veel materiële schade aangericht, zei patriarch Johannes. Onder andere kerken en een kindertehuis werden verwoest of zwaar beschadigd.
Aartsbisschop Ieronymus van Athene, hoofd van de Orthodoxe Kerk van Griekenland, benadrukt in een boodschap dat de Grieken solidair zijn met de bevriende volkeren van Turkije en Syrië. “Geschokt hebben alle Grieken de afgelopen uren met pijn het tragische verlies van het leven van honderden van onze medeburgers in de buurlanden Turkije en Syrië als gevolg van de verwoestende aardbevingen waargenomen”, aldus de Griekse kerkleider.
Ieronymus herinnert ook aan de aardbeving van 1999, toen meer dan 18.000 mensen omkwamen in de buurt van Istanbul. Net als toen zal Griekenland ook nu aan de zijde van Turkije staan, verzekert de aartsbisschop: “Wij bidden God om alle mogelijke troost en zijn solidair met de bevriende volkeren van Turkije en Syrië.”
Mogelijk zijn meer dan 23 miljoen inwoners van Turkije en Syrië getroffen door de zware aardbevingen van gisteren, schat de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Onder hen zijn ongeveer 5 miljoen kwetsbaren en 1,4 miljoen kinderen.
Turkije heeft volgens een hoge WHO-functionaris een sterk vermogen om op de crisis te reageren, in tegenstelling tot Syrië. Zij zegt dat vooral Syrië op de korte en middellange termijn hulp nodig heeft. Beide landen krijgen van de internationale gemeenschap hulp aangeboden. Ook de WHO levert hulp.
In Syrië brak twaalf jaar geleden een burgeroorlog uit en dat heeft niet alleen een humanitaire crisis veroorzaakt, maar ook grote problemen voor de economie. De verwoestende bevingen worden in het geval van Syrië omschreven als “een crisis bovenop crises”.