Lima, 9 oktober 2022 - Een van de grootste religieuze optochten ter wereld heeft gisteren voor het eerst sinds de coronapandemie weer plaatsgehad. Het betreft de processie ter ere van de Heer der Wonderen (Señor de los Milagros) in de Peruaanse hoofdstad Lima. Honderdduizenden deden weer mee aan het twintig uur durende evenement.
Het rondgedragen cultusobject is een afbeelding van Jezus Christus, in de 17de eeuw geschilderd door Benito (Pedro) Dalcón, een Afrikaanse slaafgemaakte die van het huidige Angola naar Peru werd gebracht.
De verering gaat terug op 13 november 1655 toen een aardbeving Lima trof, waarbij duizenden doden en gewonden vielen. Vele gebouwen waren ingestort. Het meest opvallende was dat de eenvoudige lemen muur waar de Christusafbeelding zich bevond, intact was gebleven. Al spoedig kwamen er overlevenden naar het schilderij toe. De autoriteiten verboden aanvankelijk de bijeenkomsten. Toen ook bij een tweede grote aardbeving op 20 oktober 1687 de muur en de afbeelding intact bleven, werd de cultus officieel toegestaan.
De afbeelding staat gedurende de processie op een 2.000 kg zware mahoniehouten platform, gedragen op de schouders van de de veertig dragers van de broederschap Señor de los Milagros. De dragers wisselen elkaar om het kwartier af. Er zijn in totaal twintig groepen dragers.