Dries van Agt

Nijmegen, 9 februari 2024 - Oud-premier Dries van Agt is op maandag 5 februari overleden “hand in hand en samen met zijn vrouw” Eugenie van Agt-Krekelberg. Ze waren beiden 93 jaar. Het paar is al in besloten kring begraven. Dat is vandaag bekendgemaakt door The Rights Forum, een door Van Agt opgericht kenniscentrum op het gebied van de kwestie-Israël en de Palestijnen.

Euthanasie
In een toelichting zegt directeur Gerard Jonkman van The Rights Forum dat het echtpaar is heengegaan ‘op een door hen bepaald tijdstip’. “Ze waren beiden in heel slechte gezondheid.”

Van Agt was advocaat, hoogleraar, minister, premier, commissaris van de Koningin, diplomaat, taalvirtuoos en activist. Hij was de eerste politiek leider van de in 1980 ontstane fusiepartij CDA, waarvan hij in 2021 zijn lidmaatschap opzegde.

Paus Johannes Paulus II ontmoet Van Agt in 1985.

Professor in Nijmegen
Andreas Antonius Maria van Agt werd op Maria Lichtmis (2 februari) 1931 geboren in het Noord-Brabantse dorp Geldrop als zoon van een textielfabrikant uit Eindhoven. In 1949 slaagde hij voor het examen gymnasium-A aan het Augustinianum, een jongensschool van de paters augustijnen in Eindhoven. Vervolgens ging hij rechten studeren aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen. Hij werd lid van studentenvereniging Carolus Magnus, waarvan hij twee termijnen preses was. Daar leerde Van Agt zijn toekomstige vrouw Eugenie Krekelberg kennen. In 1955 slaagde hij cum laude voor zijn doctoraalexamen. Hoewel hij nooit promoveerde tot doctor was hij van 1968 tot 1971 aan dezelfde universiteit hoogleraar strafrecht en strafprocesrecht.

Voorafgaande aan zijn professoraat was Van Agt eerst enkele jaren advocaat in Eindhoven en daarna werkzaam bij de afdeling ‘Juridische en bedrijfsorganisatorische zaken’ van het ministerie van Landbouw en Visserij en tot 1968 bij de afdeling ‘Wetgeving publiekrecht’ van het ministerie van Justitie.

KVP
In 1969 raakte professor Van Agt betrokken bij het landelijk bestuur van de Katholieke Volkspartij (KVP), waar hij uitblonk in scherpe analyses en spitsvondige verwoordingen van ingewikkelde kwesties. Al enkele jaren later nam hij namens deze partij zitting in de regering. Hij was minister van Justitie in het eerste en tweede kabinet-Biesheuvel (1971-1973) en bekleedde hetzelfde ambt in het kabinet-Den Uyl (1973-1977). Dat laatste kabinet, met Van Agt als vicepremier, was moeizaam tot stand gekomen; het was een coalitie van PvdA, PPR, D66, KVP en ARP. 

Van Agt kreeg op zijn departement te maken met uiterst gevoelige kwesties. Zo gaf hij wegens vermeende gruwelpraktijken de opdracht tot het sluiten van abortuskliniek Bloemenhove in Heemstede, wat leidde tot een golf van protesten door feministen. Dan was er het emotioneel zwaar beladen debat over de Drie van Breda, oorlogsmisdadigers die tot levenslange detentie waren veroordeeld. Van Agt stond positief tegenover hun gratieverzoek, mede omdat de hoogste rechtsinstanties de regering hadden geadviseerd hen vrij te laten. Hevige protesten van oorlogsslachtoffers en verzetslieden waren het gevolg. Uiteindelijk werd in die periode gratie afgewezen.

Kardinaal Alfrink en minister Van Agt.

Den Uyl
De joviale Van Agt was als katholieke conservatief de tegenpool van de ex-gereformeerde socialist Joop den Uyl. Met zijn humor en relativeringsvermogen verwierf hij grote populariteit. Progressief Nederland kon zijn bloed vaak wel drinken en linkse commentatoren beschouwden hem als een typische roomse gluiperd. 

Van Agt werd het gezicht van het proces van de fusie tussen KVP, CHU en ARP. Deze partijen hadden besloten tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van 25 mei 1977 met één programma en één kandidatenlijst mee te doen, onder de naam Christen-Democratisch Appèl, met Van Agt als lijsttrekker. Zij behaalden 49 zetels, één meer dan de drie partijen afzonderlijk in 1972.

Treinkaping
De verkiezingen waren ondanks de treinkaping bij De Punt door Zuid-Molukse jongeren gewoon doorgegaan. Wel waren de verkiezingscampagnes vanwege dit drama stilgelegd. In juni gaven de demissionaire bewindslieden Den Uyl, Van Agt en De Gaay Fortman opdracht om met militair geweld een einde te maken aan de treinkaping. De kapers wilden met hun actie Nederland dwingen zich te houden aan zijn belofte de stichting van een soevereine Zuid-Molukse republiek (RMS) helpen te realiseren. De gijzeling werd na drie weken beëindigd door precisieschutters, mariniers en straaljagers. Zes kapers en twee passagiers kwamen daarbij om het leven. “Ik heb het altijd een gruwelijke beslissing gevonden, een grote last om mee te leven”, zou Van Agt in november 2021 daarover tegenover in NRC zeggen.

De PvdA had de verkiezingen van 1977 met 53 zetels glansrijk gewonnen. Maar een tweede kabinet-Den Uyl kon niet geformeerd worden, omdat de drie partijen van het C.D.A., die gezamenlijk 49 hadden behaald, de socialisten niet vertrouwden. En omgekeerd waren die niet happig om weer met de christendemocraten in zee te gaan. Van Agt formeerde vervolgens in korte tijd met VVD-leider Hans Wiegel zijn eerste kabinet. De twee konden het zichtbaar goed met elkaar vinden. Beide partijen kwamen overeen fors te bezuinigen. Het pakket maatregelen van het kabinet-Van Agt I werd geformuleerd in een nota die bekend werd onder de naam Bestek ’81.

13 Oktober 1982 (12:00) Dries van Agt niet meer beschikbaar voor een kabinetspost. Deze foto van PVDA-leider Joop den Uyl en de CDA-voorman Dries van Agt werd april j.l. genomen. De heren waren toen respectievelijk vice-premier en premier

CDA
Op 11 oktober 1980 werden KVP, CHU en ARP opgeheven en werd het CDA opgericht. Van Agt werd de eerste leider van deze volkspartij. Ook werd hij lijsttrekker bij de Tweede Kamerverkiezingen van 26 mei 1981. En met succes: het CDA werd met 48 zetels de grootste partij, maar door het verlies van de VVD ging hun gezamenlijke parlementaire meerderheid verloren. Het kabinet-Van Agt II gevormd, ditmaal met de PvdA en D66. Het viel echter al na bijna negen maanden vanwege geschillen over kernwapens en het begrotingstekort.

De vervroegde verkiezingen van 1982 werden gewonnen door de PvdA. Het CDA had met Van Agt als lijsttrekker drie zetels verloren. Opnieuw lukte het de PvdA niet een coalitie te vormen. Er ontstond een minderheidsregering van CDA en D66: het kabinet-Van Agt III. Het trad aan op 29 mei 1982 aan en regeerde slechts enkele maanden. Vanaf de Tweede Kamerverkiezingen van 8 september 1982 werd het demissionair. Vlak voordat er een nieuwe coalitie was gevormd, kondigde Van Agt zijn vertrek uit de landelijke politiek aan; hij werd als partijleider opgevolgd door Ruud Lubbers. 

Commissaris in N-Brabant
Van Agt was achtereenvolgens commissaris van de Koningin in Noord-Brabant (1983-1987) en diplomatiek vertegenwoordiger van de Europese Gemeenschap in Japan (1987-1989) en in de Verenigde Staten (1989-1995). Hij keerde terug naar Japan om er in het academisch jaar ‘95-‘96 een gasthoogleraarschap ‘Internationale betrekkingen’ aan de Universiteit van Kyoto te bekleden.

In 2002 verscheen van zijn hand Kraanvogels, een bundel met reisverhalen. Daarin beschrijft hij op geestige wijze onder meer zijn belevenissen in Japan, Oeganda, waar hij een verre neef bezocht die er missionaris was, Indonesië, China en Tanzania.

Joop Zoetemelk de winnaar van de 67ste Tour de France. ANP FOTO NLD-20050623-PARIJS-1980: Joop Zoetemelk de winnaar van de 67ste Tour de France. ANP FOTO

Wielrennen
Van Agt stond bekend als wielerfanaat. Hij glunderde dan ook van trots toen hij op 20 juli 1980 als premier in Parijs aanwezig was bij de huldiging van Joop Zoetemelk als winnaar van de Tour de France. Na zijn politieke jaren maakte hij met zijn kameraad Cas de Quay, zoon van oud-premier Jan de Quay, verre fietstochten, zoals pelgrimages naar Santiago de la Compostela, Assisi, Kiev en Monte Cassino. Op de vraag waarom de wielersport vaak als een roomse sport wordt beschouwd, antwoordde hij eens: ‘Wellicht omdat het harde zadel goed is tegen de bekoring.’ Met zijn zoon Frans van Agt schreef hij een reeks wielerverhalen, gepubliceerd in 2012 onder de titel Op weg naar Alpe d'Huez.

Palestina
Buiten de actieve politiek begon hij zich steeds meer uit te spreken over politieke kwesties. Vooral gaf hij zijn mening over de onderdrukking van het Palestijnse volk door Israël. Daarover schreef hij het in 2009 gepubliceerde boek Een schreeuw om recht.  Als jurist kon hij de “rechteloosheid” in het Israëlisch-Palestijnse conflict niet verkroppen. Om mee te zoeken naar een oplossing richtte hij in december 2009 met geestverwanten uit politiek en rechtsgeleerdheid de Stichting The Rights Forum op.

Rond de coalitiebesprekingen na de Tweede Kamerverkiezingen van 2010 liet hij blijken fel tegen elke vorm van samenwerking van ‘zijn’ CDA met de PVV te zijn. Vooral Geert Wilders’ eis van een immigratiestop voor mensen uit islamitische landen vond hij onaanvaardbaar.

Hersenbloeding
In mei 2019 werd Van Agt onwel tijdens een toespraak op de Palestijnse vertegenwoordiging in Den Haag. Hij werd met de ambulance afgevoerd en kwam op de intensive care terecht. Hij bleek een zware hersenbloeding te hebben gehad. De 88-jarige kampte met uitvalsverschijnselen maar herstelde geleidelijk. 

Van Agt kreeg op 2 februari 2021, zijn 90ste verjaardag, op last van de Palestijnse president Mahmoud Abbas, de ‘Grote Ster’ in de Orde van Jeruzalem. Hij kreeg deze onderscheiding voor zijn rol bij het verbeteren van de diplomatieke banden tussen de Palestijnse gebieden en Nederland en voor zijn ondersteuning van de Palestijnen en hun strijd voor vrijheid en onafhankelijkheid.

Dries van Agt (R) op 22 januari 2013 voorafgaand aan de overhandiging van de petitie 'Sloop de Muur' in de Tweede Kamer. Met een bolderkar vol met zo'n 65000 handtekeningen wil de oud-premier oproepen tot een debat over de Israëlische muur op de grens met de Westelijke Jordaanover. ANP

Exit CDA
Op 21 juni 2021 nam Van Agt een drastisch besluit. Omdat het CDA in zijn ogen teveel op de hand van de staat Israël was en “onbarmhartig jegens de Palestijnen”, zegde hij op 21 juni 2021 zijn lidmaatschap van de partij op. Eerder had hij al aangegeven op GroenLinks te stemmen.

Het drama van de treinkaping van 1977 bleef hem achtervolgen. In 2018 werd hij ervan beschuldigd destijds aan de mariniers de opdracht te hebben gegeven alle treinkapers te doden. Deze aantijging, die hij ontkende, greep de oud-justitieminister zwaar aan. “De waarheid is eerder andersom. Wij hebben het consigne uitgegeven: neem zo weinig mogelijk mensen het leven. Dat is het verhaal. De werkelijkheid en de waarheid. Ik voel me ongelofelijk besmeurd en tekort gedaan”, zei hij in De Gelderlander.

Molukkers
In 2021 liet hij tegenover NRC blijken te begrijpen dat de misdaad van de gijzelingen was voortgekomen uit frustratie over een groot onrecht. “Wat mij bezighoudt is hoe zuur het voor de Molukkers moet zijn dat zij nog nooit enig medeleven van het Koninklijk Huis hebben gekregen. Helemaal nooit!" Van Agt vond het ongekend hoe de Molukkers, die in het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) hadden gevochten, in 1951 “pardoes” op schepen waren gezet en op staande voet uit het leger werden ontslagen. “Bruter en bruusker had het niet gekund. Ze verloren van de ene dag op de andere hun eer en hun waardigheid”, zei hij. Een excuus van de koning zou volgens hem zeer op zijn plaats zijn.

Geloof
Dries van Agt was een rasechte katholieke Brabander, woonachtig in het Gelderse dorp Heilig Landstichting, waar hij een trouwe kerkganger was. In het EO-televisieprogramma Adieu God (maart 2018) zei hij dat zijn fascinatie voor de astronomie zijn geloof in het bestaan van een schepper alleen maar had versterkt. De keerzijde van dat besef van de immensiteit van het heelal deed hem echter wel twijfelen aan de menswording van God. Waarom zou de maker van die miljarden sterren zich bekommeren om dat nietige planeetje Aarde?, vroeg hij zich af. Ondanks die door de kosmologie ingegeven twijfel bleef hij met hart en ziel katholiek, niet op de laatste plaats vanwege de schoonheid van de eredienst, het liefst die van de Byzantijnse ritus.

7 December 1979: President Carter meets with Prime Minsiter Andreas Van Agt of the Nethelands at the White House told him he wants a consenxus in the Atlantic Alliance¬s forthcoming decisions on arms control and theater nuclear force modernization.