Het bisdom 's-Hertogenbosch werd in 1561 opgericht en bestond tot 1642 toen na de reformatie werd opgeheven. Het bisdom werd in 1853 heropgericht. In totaal heeft het bisdom zeventien bisschoppen gehad.
Beknopte geschiedenis
Het bisdom ’s-Hertogenbosch werd in 1561 opgericht door paus Paulus IV die het gebied afscheidde van het bisdom Luik waaronder het tot dan toe had geressorteerd. Het bisdom ’s-Hertogenbosch werd in 1641 ten gevolge van de reformatie opgeheven. Tot 1853 was het een apostolisch vicariaat dat viel onder de Hollandse Zending. Het bisdom werd in 1853, na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie, heropgericht.
Eerste bisdom ’s-Hertogenbosch
- Franciscus Sonnius (1561 – 1570)
- Laurentius Metsius (1570 – 1580)
- Clemens Crabeels (1584 – 1592)
- Ghisbertus Masius (1593 – 1614)
- Nicolaas Zoesius (1615 – 1625)
- Michael Ophovius O.P. (1626 – 1637)
- Henricus van de Leemputte , kapittelvicaris (1637 – 1641)
- Joseph Bergaigne O.F.M. (1641 – 1645)
Tweede bisdom ’s-Hertogenbosch
- Joannes Zwijsen (1853 – 1877)
- Adrianus Godschalk (1878 – 1892)
- Wilhelmus van de Ven (1892 –1919)
- Arnold Diepen (1919 – 1943)
- Wilhelmus Mutsaerts (1943 – 1960)
- Wilhelmus Bekkers (1960-1966)
- Johannes Bluyssen (1966 – 1984)
- Johannes ter Schure S.D.B. (1985 – 1998)
- Antoon Hurkmans (1998 – )