Volgens de traditie is de apostel Johannes dezelfde als de schrijver van het Johannes-evangelie. In het Nederlands taalgebied wordt hij vaak Sint Jan genoemd. In de Romeinse liturgie van de Katholieke Kerk wordt zijn feest gevierd op 27 december, de derde dag onder het kerstoctaaf.
Zoon van Zebedeüs
Johannes was volgens het Johannes-evangelie de zoon van Zebedeüs en de broer van Jacobus. Als het klopt dat de evangelist en de apostel inderdaad dezelfde persoon zijn, dan noemt de schrijver van het Johannes-evangelie zichzelf 'de leerling die door Jezus bemind werd' (Joh. 13,13; 20,2). Wat dat betekent is niet geheel duidelijk. Mogelijk had Jezus een voorkeursliefde voor hem vanwege zijn jonge leeftijd of vanwege zijn contemplatieve aard.
Laatse Avondmaal
Sint Jan, de discipel die door Jezus bemind werd, bevond zich bij het Laatste Avondmaal in de directe nabijheid van de Heer. Met Simon Petrus en zijn broer Jacobus was hij getuige van Jezus' doodsangst in de Hof van Olijven. Eerder waren deze drie apostelen getuige geweest van de Transfiguratie, de gedaanteverandering van Jezus op de berg Tabor.
Onder het kruis
Sint Jan stond samen met de moeder van Jezus, haar zuster, de vrouw van Klopas en Maria Magdalena onder het kruis waaraan Jezus stierf. In het Johannes-evangelie staat hoe Jezus vlak voor zijn overlijden zijn moeder Maria aan hem toevertrouwt. Na de kruisdood in de ochtend van de eerste dag van de week snelde hij Petrus vooruit en kwam als eerste bij het lege graf aan.
Gerucht over Johannes onsterfelijkheid
In het laatste hoofdstuk van het Johannes-evangelie staat een interessante passage (21,20-23) over een gerucht. De verrezen Jezus heeft zojuist aan Petrus de opdracht gegeven Hem tot in de dood te gehoorzamen en zijn kudde te wijden. Petrus keek om en zag dat de leerling van wie Jezus hield, Jezus volgde. Het was de leerling die zich bij de maaltijd vertrouwelijk naar Hem had toegekeerd en gevraagd had: 'Wie is het, Heer, die U zal overleveren?' Met een blik op hem vroeg Petrus: 'En hij dan, Heer?' Jezus antwoordde: 'Als Ik hem wil laten blijven tot aan mijn komst, wat gaat jou dat dan aan? Volg Me maar!' Zo ontstond onder de broeders het gerucht dat die leerling niet zou sterven. In feite had Jezus niet gezegd: 'Hij zal niet sterven', maar alleen: 'Als Ik hem wil laten blijven tot aan mijn komst, wat gaat jou dat dan aan?'
Met Maria in Efeze
Na Pinksteren predikte Johannes met Petrus in Jeruzalem waar zij een lamme bij de tempelpoort genazen. Volgens een oude overlevering zou hij zich na zijn ballingschap op Patmos gevestigd hebben in Efeze, waar hij woonde met Maria, de moeder van Jezus. Kerkvader Irenaeus van Lyon(2e eeuw) schrijft dat Johannes op hoge leeftijd een natuurlijke dood gestorven was. Boven zijn vermeende graf in Efeze verrees al in de 2e eeuw een aan hem gewijde kerk.
Theoloog van de Incarnatie
De christelijke traditie vereert Johannes als de meest diepzinnige evangelist, die vervuld van wijsheid en inzicht het mysterie van de Incarnatie heeft beschreven. Zijn Proloog over de Menswording Gods wordt voorgelezen in de hoogmis van Kerstmis.
Apokalyps
De traditie identificeert Sint Jan ook met de auteur van de drie naar Johannes genoemde brieven in het Nieuwe Testament, alsmede met de schrijver van de Apokalyps, die als banneling op het eiland Patmos visioenen kreeg.
Gifbeker
Er bestaan twee legendes over het martelaarschap van Johannes. De eerste vertelt dat hij in kokende olie werd geworpen, maar dat op wonderbaarlijke wijze ongedeerd overleefde. De andere legende zegt dat hij werd veroordeeld tot het drinken van de gifbeker. Toen hij daar een gebed over uitsprak, kroop het gif er in de gedaante van een slang uit, waarna hij het overgebleven vocht op kon drinken. Deze legendes grijpen terug op het geloof dat Jezus zijn geliefde discipel als enige apostel een pijnlijke dood zou hebben bespaard.
Feest
In de huidige Romeinse ritus van de Katholieke Kerk wordt het feest van Sint Jan gevierd op 27 december. In sommige tradities, zoals die van de liturgische kalender van Carthago, het martyrologium van Hieronymus en de Gallicaanse boeken, deelde Johannes dit feest met zijn broer Jacobus. In Rome werd zijn feest echter alleen voor hem gereserveerd. In Constantinopel en Napels werd eveneens het feest van zijn ontslaping of hemelvaart gevierd en wel op 26 september.
Iconografie
In de westerse kunst wordt Johannes vaak afgebeeld als de enige apostel zonder baard. Dat zou wijzen op zijn jonge leeftijd. Als apostel heeft Johannes meestal de gifbeker als martelattribuut. Als evangelist heeft hij het attribuut van de adelaar. Dit symbool is onderdeel van de zogeheten Tetramorf.