Vaticaanstad, 22 november 2020 - Paus Franciscus heeft vandaag in zijn angelustoespraak op het hoogfeest van Christus Koning stilgestaan bij de gevolgen van de zware aardbeving in de Italiaanse regio’s Campania en Basilicata veertig jaar geleden. De bisschop van Rome onderstreepte de grote solidariteit die vanaf het moment van die catastrofe ontstond.
De aardbeving van 23 november 1980 had een kracht van 6,3 op de schaal van Richter. Er vielen 2.735 doden en zeker 7.500 gewonden; ongeveer 300.000 mensen werden dakloos.
“Ik wil graag een speciale gedachte delen met de mensen van Campania en Basilicata, veertig jaar na de rampzalige aardbeving, die zijn epicentrum in Irpinië had en dood en verderf zaaide. Dat is alweer veertig jaar geleden!”, zei de paus tot een kleine menigte op het Sint-Pietersplein.
“Deze dramatische gebeurtenis, waarvan de wonden, zelfs de materiële, nog niet volledig zijn geheeld, heeft de vrijgevigheid en de solidariteit van de Italianen versterkt. Vele nog steeds bestaande tweelingbanden tussen de door aardbevingen getroffen gebieden enerzijds en Noord- en Midden-Italië anderzijds, getuigen hiervan. Deze initiatieven hebben de moeizame weg van de wederopbouw en vooral de broederschap tussen de verschillende gemeenschappen van het schiereiland bevorderd”, aldus Franciscus, primaat van de Kerk van Italië.
Vanochtend celebreerde de pontifex in de apsis van de Sint-Pietersbasiliek de hoogmis van ‘Jezus Christus, Koning van het Universum’. Dat deed hij in aanwezigheid van jongerendelegaties uit Panama, waar in januari 2019 de Wereldjongerendagen plaatsvonden, en uit Portugal, waar de volgende editie van dit katholieke megaevenement zal worden gehouden. Aan het einde van de viering werden de twee symbolen van de Wereldjongerendagen overgedragen: een kruis en een icoon van Maria Heil van het Romeinse Volk (zie foto). “Dit is een belangrijke stap in de pelgrimstocht die ons in 2023 naar Lissabon zal brengen”, zei Franciscus.