10-04-2020
Paus Franciscus is aan het begin van de avond voorgegaan in de liturgische plechtigheid van Goede Vrijdag: de Herdenking van het Lijden en Sterven van de Heer. Deze vond plaats bij het Altaar van de Cathedra, achterin de Vaticaanse Basiliek.

Vanwege de coronacrisis waren er slechts enkele tientallen mensen aanwezig bij deze pontificale viering, die op enkele onderdelen afweek van de gebruikelijke orde van dienst. Verder was de immense basiliek, net als tijdens de plechtigheden van Palmzondag en Witte Donderdag, leeg.

In plaats van een processie met een door één persoon te dragen kruisbeeld, werd het Pestkruis van de San Marcello gebruikt. Dit vijftiende-eeuwse crucifix was geheel bedekt met drie rode doeken. Tijdens het zingen van het Ecce lignum Crucis (‘Zie het hout van het Kruis’) werd het mirakelbeeld in drie fasen onthuld. Waar vervolgens de gelovigen worden uitgenodigd om het getoonde corpus van het kruisbeeld te kussen en ervoor te knielen, was het nu alleen de paus die het kuste.

Het kruisbeeld uit de San Marcello al Corso, een kerk aan de Piazza San Marcello in Rome, is een donker houten kruisbeeld uit de vijftiende eeuw. De anonieme kunstenaar behoorde tot de School van Siena. Hij maakte een voor die tijd uiterst realistische voorstelling van de Gekruisigde. 

Volgens een legende zou de kunstenaar iemand in zijn slaap hebben vermoord om het lijk van die persoon als model te gebruiken. Dit duistere verhaal staat in schril contrast met de vele verhalen over de wonderen die de Romeinen aan het crucifix zelf toeschreven. De eerste dateert van 1519 toen in de nacht van 23 mei een brand de kerk in de as legde. De volgende ochtend, toen de gelovigen bij de plek des onheils kwamen, vonden ze het kruisbeeld dat op onverklaarbare wijze ongedeerd was gebleven.

Een andere wonderbaarlijke episode dateert uit 1522 toen Rome werd getroffen door een pestepidemie. Een groep Romeinen die het mirakel van 1519 herdachten, besloot het kruisbeeld in processie te dragen naar de Sint-Pietersbasiliek. De autoriteiten, uit angst voor een toename van de besmetting, probeerden de processie te stoppen, maar faalden. De processie begon op 4 augustus en eindigde op 20 augustus. Het lijkt erop dat op die datum de pestplaag in Rome was opgehouden. 

Paus Franciscus bezocht op 15 maart de San Marcello al Corso om bij het Pestkruis te bidden om hemelse bijstand in deze coronacrisis. Op 27 maart stond dit crucifix op het bordes van de Sint-Pietersbasiliek tijdens het buitengewoon Urbi et orbi. Urenlang had het toen in de regen gestaan. Het beeld liep daarbij schade op. Volgens het Vaticaan zou die beschadiging nogal mee zijn gevallen. Sinds 27 maart staat het mirakelkruis in de Sint-Pieter.