Vaticaanstad, 25 april 2021 – Paus Franciscus heeft vandaag kort na het middaguur zijn verdriet geuit over de verdrinkingsdood van migranten in de Middellandse Zee. Ook bad hij voor slachtoffers van recent natuurgeweld en ander onheil.
“Ik moet bekennen dat ik zeer bedroefd ben over de tragedie die zich de afgelopen dagen opnieuw in het Middellandse Zeegebied heeft voorgedaan. Honderddertig migranten zijn op zee omgekomen”, zei de paus in zijn Regina Cæli-toespraak tot gelovigen op het Sint-Pietersplein.
“Het zijn mensen, het zijn mensenlevens, die twee dagen lang tevergeefs om hulp hebben gesmeekt, hulp die niet is gekomen. Broeders en zusters, laten we ons allemaal vragen stellen over deze zoveelste tragedie. Het is een tijd van schaamte. Laten we bidden voor deze broeders en zusters, en voor zovelen die blijven sterven op deze dramatische reizen. Laten we ook bidden voor hen die kunnen helpen, maar liever de andere kant opkijken. We bidden in stilte voor hen.”
De Heilige Vader had daarvoor ook al zijn medeleven betuigd met de bevolking van de eilanden Saint Vincent en de Grenadines, waar een vulkaanuitbarsting ernstige schade en ongemak veroorzaakt. Ook sprak hij zijn leedwezen uit over de dood van zeker 82 mensen na een brand in een ziekenhuis voor coronapatiënten in Bagdad, Irak.
Tien martelaren van Quiché
Na het bidden van het Mariale paasgebed Regina Cæli stond de paus stil bij een zaligverklaring die afgelopen vrijdag plaatsvond in Santa Cruz del Quiché, Guatemala. Tien martelaren werden er tot de eer der altaren verheven. Het betrof pater José María Gran Cirera en twee medepriesters van de Congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart en zeven lekengelovigen. Zij werden tussen 1980 en 1991 vermoord in een tijd waarin de Katholieke Kerk om haar inzet voor de armen werd vervolgd.
“Bezield door het geloof in Christus, waren zij heldhaftige getuigen van gerechtigheid en liefde. Moge hun voorbeeld ons vrijgeviger en moediger maken in het beleven van het Evangelie. En laten we applaudisseren voor de nieuwe zaligen!”, aldus Franciscus tot de mensen op het Sint-Pietersplein.