Madrid, 17 december 2020 - Het Spaanse parlement is op weg euthanasie in Spanje te legaliseren. Het wordt dan het vierde land in de Europese Unie waar het mogelijk is, na Nederland, België en Luxemburg.
De politiek in het Zuid-Europese land waar nog steeds een katholieke cultuur heerst, heeft vandaag een grote stap gezet richting zelfgekozen levensbeëindiging.
Het wetsvoorstel van de linkse coalitieregering maakt euthanasie en hulp bij zelfdoding mogelijk voor mensen met een ernstige en ongeneeslijke of een slopende ziekte die “ondraaglijk lijden” veroorzaakt. In het lagerhuis, het Congreso de los Diputados, stemde een meerderheid van 198 voor; er waren 138 tegenstemmen. De conservatieve Volkspartij en het extreemrechtse Vox zijn fel tegen, net als religieuze bewegingen.
De euthanasiewet gaat nu naar de andere kamer van het parlement, de Senado. Zonder ingrepen kan het voorstel komend voorjaar worden goedgekeurd.
Euthanasie, wanneer een arts het leven van een patiënt beëindigt, en hulp bij zelfdoding, als een arts een patiënt een dodelijke substantie verstrekt, worden volgens de rooms-katholieke leer als moreel onaanvaardbaar beschouwd.
“Zo is een handeling die of een verzuim dat - in zichzelf of qua intentie - de dood bewerkt teneinde de pijn weg te nemen, een moord die ernstig in strijd is met de waardigheid van de menselijke persoon en met de eerbied voor de levende God als zijn Schepper. De beoordelingsfout die men te goeder trouw begaan kan hebben, verandert niets aan de aard van deze moorddadige ingreep, die steeds veroordeeld en uitgesloten moet worden”, aldus alinea 2277 van de Catechismus van de Katholieke Kerk.
In Spanje staat nu op hulp bij levensbeëindiging een celstraf van maximaal tien jaar, maar volgens een opiniepeiling vindt bijna 90 procent van de Spanjaarden dat het uit de strafwet moet.