Rome, 8 september 2023 - Een belangrijk document met de namen van 3.600 mensen die tijdens de Duitse bezetting van Rome zouden zijn opgevangen door katholieke religieuze ordes en congregaties in de Eeuwige Stad, is onlangs teruggevonden nadat het als verloren was beschouwd. Het document is bestudeerd door wetenschappers van Romeinse instellingen en van Yad Vashem, het World Holocaust Remembrance Center in Jeruzalem. Ten minste 3.200 van deze namen zijn sindsdien geverifieerd door de Joodse gemeenschap, wat geloofwaardigheid verleent aan beweringen dat de kloosters in Rome inderdaad hebben geholpen om Joden tijdens de bezetting onderdak te bieden.

De nazi's bezetten Rome negen maanden lang, van september 1943 tot de bevrijding door de geallieerden in juni 1944. In oktober 1943 arresteerde de SS ongeveer 1.200 Joden in het historische ghetto van Rome. Bijna allemaal werden ze binnen een paar dagen vermoord in Auschwitz. In de loop van de bezetting werden bijna 2.000 mensen, onder wie kinderen, gedeporteerd en vermoord.

Het teruggevonden document, dat werd gevonden in het archief van het Pauselijk Bijbelinstituut in Rome, bevat een lijst van 100 vrouwenordes - en congregaties en 55 mannenordes en -congregaties. Die lieten meer dan 4.300 mensen onderduiken, van wie er 3.600 in de lijst worden genoemd. De Joodse gemeenschap van Rome heeft kunnen bevestigen dat 3.200 van de genoemde personen inderdaad Joden waren. Volgens een gisteren uitgebracht persbericht “is het bekend waar ze werden verborgen en, in sommige gevallen, waar ze vóór de vervolging woonden”.

In het persbericht, dat gezamenlijk is gepubliceerd door het Pauselijk Bijbelinstituut (het ‘Biblicum’), de Joodse Gemeenschap van Rome en Yad Vashem, staat: “De documentatie vergroot dus aanzienlijk de informatie over de geschiedenis van de redding van Joden in de context van de katholieke instellingen van Rome.”

Het is al bekend wie de lijst had opgesteld. Dat was de Italiaanse jezuïet Gossolino Birolo. Hij deed dat tussen juni 1944 en het voorjaar van 1945, dus na de bevrijding van Rome. De pater werkte tot zijn dood in juni 1945 als econoom op het Biblicum. Van dit academische instituut was Augustin Bea destijds de rector. Deze jezuïet, die later tot kardinaal werd verheven, hield tijdens het Tweede Vaticaans Concilie toezicht op het opstellen van Nostra Aetate, een baanbrekend conciliedocument, dat onder meer antisemitisme en anti-judaïsme veroordeelde en het pad bereidde voor de katholiek-joodse dialoog. 

De Oostenrijkse jezuïet Dominik Markl, werkzaam aan het Pauselijk Bijbelinstituut en de Universiteit van Innsbruck, was nauw betrokken bij het onderzoek waarbij het verloren gewaande document werd teruggevonden. Hij zegt geëmotioneerd te zijn door het lot van de mensen die in de documenten worden genoemd worden, “die vermoord dreigden te worden vanwege de vervolging door het nazi-regime, en de vele anonieme religieuze zusters en priesters die hun eigen veiligheid riskeerden om hen te helpen overleven”.

In een verklaring aan The Associated Press wees pater Markl op het belang van het gezamenlijke onderzoek van katholieke en joodse geleerden over een beladen onderwerp dat al lang geleerden verdeelt en vaak de relaties tussen de Joodse gemeenschap van Rome en de Heilige Stoel onder druk zet. “Wij zijn zeer dankbaar voor de samenwerking met de Joodse gemeenschap van Rome en Yad Vashem, die veelbelovend is voor een dieper begrip van de geschiedenis van de Shoah in Rome en daarbuiten”, aldus pater Markl.

De namen van de religieuze ordes en congregaties en het aantal mensen die zij lieten onderduiken waren gepubliceerd door de historicus Renzo De Felice (1929-1996), maar dit kon nooit worden geverifieerd omdat de lijst van pater Birolo in de archieven verloren was gegaan. 

Het teruggevonden document werd gisteren gepresenteerd in het Museo della Shoah in Rome. Toegang tot het document is op dit moment beperkt “om redenen van privacybescherming”, aldus de persverklaring.