Manilla, 2 december 2024 – Elk jaar op 9 januari wordt een bijzonder Christusbeeld door de straten van de Filipijnse hoofdstad Manilla gedragen. De processie trekt miljoenen gelovigen. Het cultusobject, de Zwarte Nazarener, mag echter niet meer zo worden genoemd.
De aartsbisschop van Manilla, kardinaal Jose Advincula, heeft het woord zwart uit de naam laten verwijderen, meldt het katholieke radiostation Veritas Asia vandaag. De reden: “om de aandacht van de mensen meer te vestigen op de heilige naam van onze Heer dan op een kleur of een attribuut”.
De basiliek in de wijk Quiapo, waar het beeld te zien is, heet nu officieel ‘Basilica minor en nationaal heiligdom van Jezus Nazarenus - Parochie van Johannes de Doper’.
In januari verklaarde kardinaal Advincula de zogenoemde Quiapo-kerk tot nationaal heiligdom. Als zodanig was het doel om “inclusiever te zijn, wat betekent dat de devotie ook afbeeldingen van Christus die het kruis draagt omvat, die ook niet zwart kunnen zijn”, aldus de aartsbisschop in een brief.
Volgens het kerkelijke relaas werd het beeld van mesquitehout in de 16de eeuw gemaakt door een beeldhouwer in Mexico. Spaanse missionarissen brachten het in 1606 naar de Filipijnen. Door de eeuwen heen overleefde de Jezusfiguur met het kruis twee branden, twee aardbevingen, tyfoons en bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Miljoenen gelovigen komen naar de jaarlijkse processie op 9 januari.
De Filipijnen, genoemd naar de Spaanse koning Filips II (1527-1598), werd meer dan vier eeuwen door Spanje gekoloniseerd. Het is thans het land in Azië met de grootste katholieke meerderheid. Bijna 80 procent van de ongeveer 118 miljoen inwoners identificeert zich als rooms-katholiek.
