30 januari 2022

4e Zondag door het jaar (c)

Pastoor Paul Verbeek

OLV van Lourdes, Bergen op Zoom



Lezingen:

Jeremia 1, 4-5.17-19

Korintiërs 12, 31-13, 13

Lucas 4, 21-30




Alles is liefde



Lieve mensen!

Dat is de titel van een lied van Blof en de titelsong van de gelijknamige Nederlandse film uit 2007. Het is “een feel good movie” zoals dat heet. Blof probeert in dit lied te verwoorden wat liefde kan betekenen. Immers zoveel als “alles” wordt onder deze noemer verzameld. Maar mag alles liefde heten? In het lied worden mooie voorbeelden aangehaald.



Paulus heeft hierover vele eeuwen eerder nagedacht en er een brief over geschreven. We mochten deze horen in de tweede lezing vandaag. Het is een waar loflied. Het gaat nog veel dieper dan de tekst van Blof. De liefde waarover de apostel spreekt heeft met God zelf te maken. Ze komt van God en geeft kleur aan ons bestaan. Hierdoor mogen we ervaren dat God zelf liefde is. Het is zijn geschenk aan ons. Je mag het met vreugde ontvangen. We mochten dit bijvoorbeeld zien met het kleine vredeslicht dat in de advent uit de geboortegrot van Bethlehem overgebracht is naar diverse landen in Europa. Op 24 december is het feestelijk binnengedragen in onze kerk. Het is een geschenk wat je met zorg mag omringen. Het vlammetje mag niet uitgaan. Gods Liefde mogen we zoals dat lichtje koesteren. God, wiens naam is: “Ik ben er”,  is een unieke band met ons aangegaan door de geboorte van zijn Zoon Jezus.

Hij doet ons beseffen, dat de ander - van wie we mogen houden - een geschenk is waarin God zijn liefde voor ons kan tonen. Op voorwaarde dat de ander zichzelf bij ons mag zijn.

Dat is niet altijd eenvoudig. Wat wij liefde noemen, is het vaak niet. Vaak ontnemen we elkaar de vrijheid. We willen claimen en iemand voor ons karretje spannen.

Dat overkomt Jezus in het Evangelie. De mensen in Nazareth zijn vol van zijn boodschap en de manier waarop de woorden uit de traditie opnieuw tot leven komen. Ze zijn trots dat Hij één van hen is.

Hopelijk laat Hij bij hun hetzelfde zien als in Kafarnaüm.

Wanneer Jezus dat door heeft, worden ze hierin teleurgesteld. Hij haalt voorbeelden uit de Schrift aan  van mensen die geholpen worden die niet van de eigen groep zijn: De weduwe van Sarepta bijvoorbeeld.



Wat je eerst liefde en trots voor Hem zou noemen, verandert in haat en agressie. Ze brengen Hem naar de rand van de stad en willen Hem doden. Deze vorm van houden van komt dus niet van God en heeft ook niets met God te maken. Deze is eindig. Die van God komt is oneindig. Jezus laat zien dat ze Gods liefde niet kunnen doden. Hij gaat midden tussen hen door en leert hiermee dat de liefde die Paulus bedoelt gericht is op alle mensen en niet op eigen volk eerst.



Ik ben altijd geraakt door de oprechte zorg die mensen voor elkaar kunnen hebben en de diepe banden die kunnen groeien. Iemand ontmoet per toeval een missionaris uit Kameroen. Ze sluiten vriendschap en vele jaren voert de één actie voor de ander.

Dit gebeurt vanuit een oprechte liefde.

Van geloof, hoop en liefde overtreft de liefde zegt Paulus.

Alles is liefde.