Vaticaanstad, 16 april 2022 - Joseph Ratzinger oftewel Benedictus XVI is vandaag 95 jaar oud geworden. De emeritus paus brengt zijn verjaardag door in zijn residentie, het klooster Mater Ecclesiae in de Vaticaanse Tuinen. Aangezien het vandaag Stille Zaterdag is, wordt de geboortedag van de voormalige pontifex niet groots gevierd. Bovendien is de gezondheid van Benedictus momenteel vrij zwak.
Paus Franciscus bracht in de vroege avond van 13 april al een bezoek aan zijn voorganger om hem te feliciteren met diens 95ste verjaardag. Volgens de persdienst van de Heilige Stoel spraken de twee “kort en hartelijk” met elkaar en baden ze samen.
Op 3 april beschreef de huidige paus zijn voorganger als “een profeet”. Dat deed Franciscus tijdens een privéontmoeting met jezuïeten op de apostolische nuntiatuur van Malta, waar de pontifex toen was. “Paus Benedictus was een profeet van deze Kerk van de toekomst, een Kerk die kleiner zal worden, veel privileges zal verliezen, nederiger en authentieker zal zijn en energie zal vinden voor het essentiële. Het zal een Kerk zijn die spiritueler, armer en minder politiek is: een Kerk van de kleinen.”
De Italiaanse beeldhouwer Jago (Frosinone, 1987) maakte deze buste van Benedictus XVI.
Joseph Ratzinger werd geboren op 16 april 1927 in Marktl am Inn in Beieren. Van 1977 tot 1982 was hij aartsbisschop München en Freising. Daarna was hij meer dan 23 jaar prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer. Op 19 april 2005 werd hij gekozen tot bisschop van Rome en universeel herder van de katholieke kerk. Op 28 februari 2013 trad hij af. Hij was de eerste paus in 720 jaar die vrijwillig zijn positie op de Stoel van Sint-Petrus afstond.
Sinds 1958 doceerde Ratzinger als hoogleraar theologie aan de universiteiten van Freising, Bonn, Münster, Tübingen en Regensburg. Als theologisch adviseur van kardinaal Josef Frings, de toenmalige aartsbisschop van Keulen, nam hij deel aan het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965).
In het eerder dit jaar gepubliceerde rapport van het aartsbisdom München-Freising over de aanpak van seksueel misbruik wordt ook Ratzingers tijd als aartsbisschop van München kritisch beoordeeld. Daarin wordt hij ervan beschuldigd niet consequent genoeg te hebben gereageerd op aanwijzingen van mogelijke daders. In zijn latere jaren als curiekardinaal en paus, voerde hij echter enkele belangrijke canonieke hervormingen in de strijd tegen misbruik in.