Brussel, 10 december 2020 - Vanaf komende zondag mogen in België weer openbare religieuze vieringen worden gehouden. Echter, per cultusplaats mogen er slechts maximaal vijftien personen ouder dan 12 jaar samenkomen en alleen als voor iedere aanwezige persoon minstens tien vierkante meter ruimte beschikbaar is. De rooms-katholieken van België hebben gematigd positief gereageerd op de door de Raad van State afgedwongen versoepeling van de anticoromamaatregel.
Lees: Belgische Raad van State verwerpt verbod op erediensten
“De lichte verruiming die nu wordt toegestaan, biedt extra kansen vooral om als gezin naar de kerk te komen. We herhalen onze oproep de kerken zoveel mogelijk open te houden en een goed onthaal te voorzien”, zeggen de bisschoppen in een vandaag verspreide verklaring.
De plaatselijke parochies of pastorale eenheden moeten vanaf 13 december zelf beslissen of het wel veilig en praktisch haalbaar is om vijftien mensen toe te laten, rekening houdend met eventuele richtlijnen van het eigen bisdom, zeggen de bisschoppen.
De parochies en pastorale eenheden “zullen velen moeten weigeren: op de gewone zondagen en nog zoveel meer op kerstavond en op kerstdag”, zo waarschuwt het episcopaat.
“Middernachtmissen zijn sowieso uitgesloten vanwege de avondklok. Gelovigen kunnen persoonlijk of in gezinsverband de zondagsvieringen volgen die worden uitgezonden via radio en tv, ook op kerstavond, kerstdag en de hele kersttijd. De livestreams op Kerknet en vanuit bisdommen en parochies bieden eveneens kansen. Dit jaar zullen met Kerstmis ook meerdere regionale zenders in samenwerking met de bisdommen een kerstviering uitzenden.”
De bisschoppen onderstrepen dat deze lichte versoepeling van het kerkbezoek “geenszins de indruk mag wekken dat de Kerk de pandemie minder ernstig neemt”. “Integendeel, veiligheid blijft de eerste en belangrijkste regel in deze moeilijke tijd, ook voor de Kerk.”
Tot slot van hun verklaring zeggen de Belgische bisschoppen dat ze solidair blijven “met de regering, de zorgsector en alle anderen die onvermoeibaar strijden tegen het virus”.