Moskou, 13 juli 2022 - Deskundigen van de Veiligheidsraad van de Russische Federatie (СБРФ, SBRF) willen “radicale buitenlandse religieuze groeperingen” in eigen land een halt toeroepen. Deze zouden een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid van Rusland. Hiermee staat de godsdienstvrijheid op het spel.
De SBRF verklaarde gisteren de regering te adviseren streng op te treden tegen acties “waarbij buitenlandse staten religieuze genootschappen gebruiken om zich te mengen in de binnenlandse aangelegenheden van ons land”. De deskundigen van de SBRF opperden ook een mogelijke verankering van termen als “religieuze destructieve sekte” en “buitenlandse religieuze organisatie” in de Russische wetgeving.
De nationale veiligheid wordt volgens de deskundigen bedreigd door een “groeiende invloed van radicale religieuze concepten op de Russische samenleving”. De uitoefening van de godsdienstvrijheid mag geen negatieve gevolgen hebben voor de verdediging en de veiligheid van het land en mag de grondslagen van de constitutionele orde niet schenden, aldus de SBRF.
Onder het mom van humanitaire, educatieve, culturele, nationale en religieuze projecten hebben volgens de deskundigen sommige buitenlandse en door buitenlandse landen gecontroleerde Russische organisaties “destructieve activiteiten” uitgevoerd. Vastgesteld zou zijn “dat in de godsdienstige sfeer permissiviteit wordt betracht en dat godsdienstige doctrines worden gebruikt voor negatieve doeleinden die leiden tot religieus extremisme”, aldus Jevgeni Anosjin, de woordvoerder van de Veiligheidsraad.
De voorzitter van de SBRF is president Vladimir Poetin zelf. Zijn vicevoorzitter is oud-president Dmitri Medvedev, die niet bang is om af en toe richting het Westen te dreigen met een kernoorlog.
Internationale mensenrechtengroeperingen beoordelen de situatie van de vrijheid van godsdienst en geweten in Rusland als “zorgwekkend”. Gezien de algemene verslechtering van de mensenrechtensituatie in het land staan religieuze minderheden zoals protestantse vrije kerken, Jehova's getuigen of moslimgroeperingen en godsdienstkritische bewegingen in het bijzonder bloot aan “grote druk”, aldus de katholieke hulporganisaties Missio en Renovabis eind februari in een landenrapport. Mochten de aanbevelingen van de deskundigen worden aangenomen, dan is ook de Katholieke Kerk in Rusland niet veilig, omdat alle bisschoppen gehoorzaamheid zijn verschuldigd aan de paus van Rome, die zou kunnen worden aangemerkt als een buitenlandse mogendheid.
Intussen wordt van de religieuze leiders in Rusland verwacht dat zij het regeringsbeleid inzake Oekraïne steunen. Poetin mag in dezen rekenen op de steun van de hoogste moslimleider van Rusland, grootmoefti Talgat Tadžuddin. Die zei onlangs tijdens de viering van het Offerfeest dat de ‘speciale operatie in Oekraïne’ “absoluut tot het einde moet worden gevoerd, opdat er geen fascist of parasiet naast ons overblijft, want voor hen zijn insecticiden niet genoeg, het is als een bruine plaag waarvan wij bidden dat de Allerhoogste ons zal verlossen”.
De joodse leider Pinchas Goldschmidt verliet Rusland in maart, twee weken na Ruslands invasie in Oekraïne. Hij was sinds 1993 de opperrabbijn van Moskou. Volgens zijn schoondochter was hij onder druk was gezet om de oorlog publiekelijk te steunen, maar dat had hij geweigerd. Het is nog maar de vraag of er een nieuwe opperrabbijn wordt aangewezen.
bronnen: KNA/AsiaNews