Floriana, 3 april 2022 - Paus Franciscus heeft op de tweede dag van zijn bezoek aan Malta de eucharistie van de Vijfde Zondag van de Veertigdagentijd gevierd. Dat deed hij op een plein in Floriana, een voorstad van de hoofdstad Valletta. Volgens het Vaticaan namen ongeveer 20.000 mensen aan de hoogmis deel.

In misliturgie van deze zondag klonk het verhaal uit het Johannesevangelie over de op overspel betrapte vrouw die bij Jezus wordt gebracht (Joh 8,1-11). Voor de paus was dit weer een goede aanleiding om te preken tegen schijnheiligheid.

“Zelfs in onze religiositeit kunnen de worm van hypocrisie en de ondeugd van het vingerwijzen binnensluipen. In elke leeftijd, in elke gemeenschap. Er is altijd het gevaar dat we Jezus verkeerd interpreteren, dat we zijn naam op onze lippen hebben, maar hem in feite verloochenen”, zei de paus in zijn homilie.

Franciscus riep de gelovigen op om in onze omgang met anderen net als Jezus altijd naar onze naasten te kijken “met een barmhartige blik” en niet te oordelen laats staan te minachten. “In werkelijkheid kunnen zij die menen het geloof te verdedigen door met de vinger naar anderen te wijzen, wel een religieuze visie hebben, maar zij omhelzen niet de geest van het Evangelie, omdat zij de barmhartigheid vergeten, die het hart van God is.”

Pope Francis celebrates mass on April 03, 2022 outside the St. Publius parish church at Piazzale dei Granai in Floriana, Valletta, Malta, on the second and last day of the Pope's trip to the Mediterranean archipelago.

Vanochtend bezocht de Heilige Vader de Grot van Sint-Paulus in Rabat (zie video), de plek waar de apostel na zijn schipbreuk zou zijn ondergebracht. Franciscus bad er voor alle migranten en vluchtelingen die schipbreuk hebben geleden of in zee zijn verdronken.

Het eiland Malta (Melita) wordt genoemd in het Nieuwe Testament en wel in hoofdstuk 27 en 28 van de Handelingen der Apostelen. Daar wordt verteld dat Paulus, na in Jeruzalem te zijn aangeklaagd wegens godslastering en opruiing, zich als Romeins burger beriep op het oordeel van de keizer. De Romeinse procurator in Judea, Porcius Festus, gelastte dat Paulus naar Rome moest worden gebracht om daar terecht te staan voor zijn vermeende misdaden. Onderweg leed het reisgezelschap schipbreuk bij Melita, waar de apostel door de plaatselijke bevolking “ongewone vriendelijkheid” werd betoond en waar hij werd opgevangen door Publius, die na zijn dood werd vereerd als de eerste bisschop van Malta. Paulus reisde vanaf Malta naar Rome via Syracuse, Rhegium en Puteoli.