Groningen (ANP) 22 april 2021 - Onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen hebben een succesvolle manier gevonden om de verschillende schrijvers van de Dode Zee-rollen te identificeren. De beroemde boekrollen bevatten onder meer de oudste manuscripten van de Hebreeuwse Bijbel (voor joden de Tenach en voor christenen het Oude Testament). Ze werden in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw gevonden in grotten aan de Dode Zee. Met behulp van kunstmatige intelligentie is het wetenschappers nu onder meer gelukt om aan te tonen dat een van de rollen door twee verschillende auteurs is opgesteld, die er een vergelijkbare schrijfstijl op nahielden.

Over de schrijvers van de rollen, waarvan de oudste honderden jaren voor onze jaartelling zijn geschreven, is heel weinig bekend. Ze bleven steevast anoniem. Wetenschappers hebben wel geprobeerd op basis van handschriftanalyses meer over hen te weten te komen. Bijvoorbeeld om vast te stellen of manuscripten door een of meerdere schrijver zijn gemaakt. “Ze proberen daarvoor hard bewijs te vinden, zoals een specifiek kenmerk van een letter, waarmee ze een schrijver identificeren”, vertelt hoogleraar Oude Testament en het Antieke Jodendom Mladen Popović. Die methode is echter “nogal subjectief en open voor discussie”.

Popović ging samenwerken met hoogleraar Computerwetenschappen en Kunstmatige Intelligentie Lambert Schomaker. Hij werkte al langer aan technieken waarmee computers handschriften kunnen lezen en analyseren. Daarnaast hield hij zich bezig met de manier waarop “biomechanische eigenschappen” handschriften beïnvloeden. Bijvoorbeeld: hoe iemand een pen vasthoudt.

De Groningse wetenschappers hebben met deze technieken de zogeheten grote Jesaja-rol onderzocht. Het handschrift op die boekrol lijkt op het eerste gezicht hetzelfde in de hele tekst. Sommige onderzoekers vermoedden dat twee schrijvers met een vergelijkbare stijl aan het werk waren geweest. De computeranalyses van het schrift bevestigen dat een tweede schrijver het na een tijdje heeft overgenomen.

Zonder kunstmatige intelligentie zou het niet mogelijk zijn om dit soort bewijs te leveren, zeggen de onderzoekers. “De boekrol bevat bijvoorbeeld ruim vijfduizend keer de letter aleph, of 'a'. Het is onmogelijk om die allemaal op het oog te vergelijken”, legt Schomaker uit.

De onderzoekers, onder wie ook promovendus Maruf Dhali, zeggen dat hun studie “een nieuw venster opent op het verre verleden”. Ze vermoeden dat de schrijvers eenzelfde schrijfopleiding hebben gevolgd. “We konden ook aantonen dat de tweede schrijver meer variatie in zijn handschrift had dan de eerste, hoewel ze een identieke stijl gebruikten”, aldus Schomaker.

In vervolgonderzoek willen de Groningse wetenschappers andere boekrollen gaan analyseren. De resultaten van dit onderzoek zijn gepubliceerd in het tijdschrift PLOS ONE.