Jakarta, 17 juni 2021 - Katholieken in Indonesië zijn blij met de nieuwe wettelijke eisen die aan ambtenaren worden gesteld. Kandidaten worden voortaan getest op hun loyaliteit tegenover de Pancasila, de officiële staatsleer over de maatschappelijke verhoudingen. De Indonesische regering hoopt zo radicaal islamitische elementen buiten het staatsapparaat te houden.

De Pancasila bestaat uit vijf principes. Het eerste luidt: Ketuhanan Yang Maha Esa. Dat heeft betrekking op de geboden aanbidding van één God. Het principe waarborgt het recht van monotheïsten op vrije godsdienstbeoefening; ook boeddhisten en hindoes worden daar tegenwoordig door beschermd. 

“Het ambtenarenapparaat moet volledig vrij zijn van radicalisme. Wij willen mensen die trouw zijn aan de nationale leer en het ontslag van degenen die daartegen werken”, zei een commissaris van de Indonesische bisschoppenconferentie vandaag tegenover Ucanews.

In het land met de grootste moslimbevolking ter wereld (ongeveer 210 miljoen) heeft de radicale politieke islam de laatste jaren aan invloed gewonnen, met inbegrip van gewelddadige terreurgroepen zoals Jemaah Islamiyah en Jamaah Ansharut Daulah (JAD). Leden van het thans verboden Islamitisch Verdedigingsfront (FPI) en ook van de salafistische Hizbut-Tahrir Indonesia zijn geïnfiltreerd in delen van de overheidsdienst, politieke partijen en islamitische instellingen. 

Onder de gearresteerde JAD-terroristen die in 2018 aanslagen pleegden op kerken in Surabaya en in 2021 op de katholieke kathedraal in Makassar in de provincie Zuid-Sulawesi, bevonden zich ook ambtenaren.

Pancasila