Wie in de Katholieke Kerk zijn zonden belijdt in de biecht, kan erop rekenen dat de inhoud van het biechtgesprek geheim blijft. Het is de biechtvader op straffe van excommunicatie verboden om het biechtgeheim te schenden.

Sacramentele zegel
Een van de onderdelen van het katholieke Sacrament van Boete en Verzoening is de biecht of de belijdenis (confessio): het noemen van begane zonden jegens een priester. De bedienaar van dit sacrament wordt confessarius (in het Nederlands: 'biechtvader') genoemd. Hij aanhoort de opgebiechte zonden van de penitent (ook wel 'boeteling' of 'biechteling' geheten). Alles wat de biechtvader van de penitent verneemt valt onder het zogenoemde sacramentele zegel (sacramentale sigillum). Dat betekent dat het de biechtvader verplicht is over de inhoud van het biechtgesprek te zwijgen.

Onschendbaar
In de Codex van Canoniek Recht (1983) wordt sacramentale sigillum vertaald met 'biechtgeheim'. “Het biechtgeheim is onschendbaar, daarom is het de biechtvader ten strengste verboden met woorden of op welke andere wijze en om welke reden ook over de boeteling ook maar iets bekend te maken” (canon 983 §1). Het biechtgeheim is dus absoluut. Dat betekent dat er geen enkele omstandigheid is die het de biechtvader rechtvaardigt het sacramentele zegel te breken.

Nefas est
Het biechtgeheim kan niet alleen verbaal maar ook op andere wijze direct of indirect worden geschonden, bijvoorbeeld door gebaren of het tonen van foto's. Het bekendmaken van de inhoud van het biechtgesprek is ten strengste verboden; in de Latijnse grondtekst van de Codex staat nefas est, i.e. datgene wat tegen het goddelijke recht indruist.

Anderen
Niet alleen de biechtvader is gebonden aan het sacramentele zegel: “Tot de verplichting om het geheim te bewaren zijn ook gehouden een eventuele tolk en alle anderen die op welke wijze ook uit een belijdenis zonden te weten zijn gekomen” (canon 983 §2).

Straf
De biechtvader die het biechtgeheim direct schendt loopt een excommunicatie van rechtswege op (canon 1388 §1). Deze kerkelijke straf kan slechts door de paus worden opgeheven. Schendt de biechtvader het biechtgeheim indirect, dan wordt hij op andere wijze gestraft. Anderen die het biechtgeheim worden streng gestraft, een excommunicatie is niet uitgesloten (canon 1388 §2).

Ander verbod
Van het biechtgeheim is een ander kerkjuridisch verbod afgeleid: “De biechtvader is het volstrekt verboden van de kennis uit een belijdenis verkregen, gebruik te maken op een wijze die bezwarend is voor de boeteling, ook al is elk gevaar van bekendmaking uitgesloten” (canon 984 §1). Voorbeeld: stel iemand wordt voorgedragen als penningmeester van een vereniging en de plaatselijke pastoor wordt gevraagd of die persoon een goede keuze is. Nu heeft de kandidaat een keer bij die pastoor gebiecht en beleden dat hij ooit bij een stichting geld verduisterd heeft. Als nu de pastoor zegt dat hij de kandidaat niet geschikt acht, dan onthult hij die zonde niet, maar benadeelt de kandidaat wel.

Civiele autoriteiten
Hoewel het biechtgeheim door civiele autoriteiten vaak wordt gerespecteerd, kan een wereldlijk rechter een priester toch verplichten om informatie verkregen uit een belijdenis te onthullen. In dat geval is de priester moreel en kerkjuridisch verplicht de rechter niet te gehoorzamen.

Nederland
In Nederland wordt het biechtgeheim door de wet erkend als beroepsgeheim. Het schenden daarvan is strafrechtelijk verboden: “Hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren, opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie" (Wetboek van Strafrecht, artikel 272, artikel 1).

St. Johannes Nepomuk
De patroonheilige van het biechtgeheim is Sint-Johannes Nepomuk. Deze Boheemse priester stierf in 1393 als martelaar omdat hij koning Wenceslaus IV niet wilde vertellen wat diens vrouw bij hem had gebiecht. Hij werd daarop gefolterd en van de Praagse Karelsbrug in de Moldau geworpen.