Het bisdom Daejeon is een van de 15 rooms-katholieke diocesen van Zuid-Korea. Het wordt beschouwd als het hart van het Koreaanse katholicisme omdat er veel martelaren vandaan kwamen.

In 1958 werd het apostolisch vicariaat Daejeon opgericht, dat in 1962 door paus Johannes XXIII tot bisdom werd verheven. Het diocees Daejeon is een suffragaan bisdom van het metropolitaan aartsdiocees Seoul. De bisschopszetel staat in Daejeon, de hoofdstad van de provincie Chungcheongnam-do.

In de regio Daejeon (Taejon) werd Sint Andreas Kim Taegon geboren, de eerste Koreaan die tot priester werd gewijd en in 1846 de marteldood stierf, maar ook Korea’s tweede priester Thomas Choi Yang-eob.

Heiligdommen
Het diocees bevat de meeste katholieke heiligdommen van Korea. Deze betreffen de geboorteplaatsen van de vele martelaren, dorpen waar zij hebben gewoond of martelaarsgraven. Officieel zijn er negentien heiligdommen.

Vanaf het jaar 1836 kwamen de eerste gewijde missionarissen clandestien het land binnen. Deze Franse geestelijken stichtten gemeenschappen waaruit de 103 Martelaren van Korea zijn voortgekomen. Zij stierven gedurende de vervolgingen van de jaren 1839, 1846 en 1866, waarbij meer dan 10.000 christenen omkwamen.

De vier voornaamste plaatsen van het bisdom Daejeon zijn Solmoe, Haemi, Sinri en Yoesaul.

  • Solmoe is de plaats waar Andreas Kim Taegon in 1821 werd geboren en waar hij wordt vereerd.
  • In Haemi bevinden zich de Graven van de Onbekende Martelaren; zo’n drieduizend katholieken werden er als staatsvijanden geëxecuteerd.
  • In Sinri staat het geboortehuis van Sint Thomas Son Chasuhn, waar de legendarische Franse missiebisschop Sint Antoine Daveluy ondergedoken zat tijdens de vervolging door het Chosun-bewind.
  • Het heiligdom van Yoesaul is gebouwd bij de geboortelocatie van Ludovico Gonzaga Lee Jon Chang, de missionaris die evangeliseerde in de provincie Chung-chung. Zijn prediking leidde tot de bekering van families van Kim Daegeon en Choi Yang-oup.