De Nederlandse clericus Willem van Enckenvoirt (1464-1534) werd kardinaal gecreëerd door zijn landgenoot paus Adrianus VI. In 1529 werd hij bisschop van Utrecht.

Familie

Willem Van Enckenvoirt (ook wel Enckevoirt) werd in 1464 geboren op een boerderij in Beerenbroek in Mierlo (Noord-Brabant). Hij was de zoon van ridder Goyart Hendricksz van Enckenvoirt en Joanna Jansdr Mijs. De familie kwam uit een riddergeslacht, vermoedelijk afkomstig uit Noord-Limburg.



Studie

Toen zijn vader in 1477 overleed werd Willems opvoeding toevertrouwd aan zijn oom Zeger van Enckenvoirt, een clericus met een goed inkomen uit verschillende ambten. In Den Bosch bezocht Willem de Latijnse School in Den Bosch, omdat hij een geestelijke loopbaan ambieerde. Hij zette zijn studies voort aan de universiteit van Leuven. Al spoedig vertrok hij echter naar Rome, waar hij mogelijk al in 1489 was. Aan de Sapienza-universiteit haalde hij het licentiaat in zowel wereldlijk als kerkelijk recht (utriusque juris).

Pauselijk Hof

Willem slaagde erin een positie te verwerven aan het pauselijk hof. Hij werd er kamerheer (familiaris) van paus Alexander VI. In 1500 werd hij benoemd tot notaris van het kerkelijk tribunaal van de Romeinse Rota. De jaren daarna kreeg hij tal van functies met betrekking tot diverse bisdommen in de Lage Landen. In 1514 kreeg hij als hoge curiebeambte de titel comes palatinus, met alle rechten en privileges van dien.

Ambten

Van Enckenvoirt werd een vermogend man dankzij tal van kerkelijke inkomsten die verbonden waren aan zijn talrijke functies, ambten en titels. Zo was hij kanunnik van kapittels in Tongeren, Den Bosch, Antwerpen, Mechelen, Utrecht, Luik, Xanten en Maastricht. Ook was hij pastoor en vicaris van tal van parochies, waar hij niet eens kwam. Verder was hij aartsdiaken van onder meer Brabant, Famenne en Bonn en deken in de bisdommen Luik en Utrecht.

Dienaar van vorsten

Aan al zijn ambten waren inkomsten verbonden, prebendes genaamd. Die kon hij - zoals in die tijd gebruikelijk - opstrijken zonder er iets voor te doen. Niettemin werd hij in de Lage Landen gewaardeerd voor zijn inzet om in Rome de belangen van de noordelijke bisdommen, dekenaten en kapittels te behartigen. Dit viel ook wereldlijke leiders op. Vanwege die verdiensten werd hij aan het pauselijk hof zaakwaarnemer van Filips de Schone en later ook van diens vader, keizer Maximiliaan I en diens zoon, keizer Karel V.

Paus Adrianus

Dankzij de Habsburgse vorsten groeide de macht van Van Enckenvoirt. Ook zijn vriendschap met zijn landgenoot Adriaan Boeyens leverde hem een invloedrijke positie op. Toen deze paus op 9 januari 1522 tot paus gekozen werd, verbleef Adrianus VI nog in Spanje. Hij stelde Van Enckenvoirt aan als verbindingsman tussen hemzelf en het kardinalencollege in Rome. In 1523 verhief de paus hem tot kardinaal. Het was de enige kardinaalscreatie van zijn pontificaat. Kardinaal-priester Van Enckenvoirt kreeg Adrianus' voormalige titelkerk Santi Giovanni e Paolo toegewezen.

Bisdom Tortosa

De regeerstijl van Adrianus VI viel niet bepaald in de smaak van de Romeinen. Zijn hervormingen werden als te drastisch ervaren. Ook het volkskarakter van de paus en de Nederlandse curiebeambten leidde tot grote irritatie bij zowel het Romeinse volk als hooggeplaatste leden van de Romeinse Curie. Kardinaal van Enckenvoirt werd door hen beschouwd als de spin in het web. Ook werd hij verdacht van hypocriete ambitie: hij steunde Adrianus' hervormingen van het benoemingenbeleid, maar profiteerde tegelijkertijd van zijn bevoorrechte positie als vriend en landgenoot van de paus, wat hem meer privileges en inkomen opleverde. Zo verwierf hij het ambt van bisschop van het rijke bisdom Tortosa in Catalonië, waar Adrianus tot aan zijn pausverkiezing bisschop van was geweest.

Conflict paus-keizer

Na het korte pontificaat van Adrianus VI (1522-1523) speelde Van Enckenvoirt geen belangrijke rol. Tijdens het pontificaat van Clemens VII (1523-1534) koos hij in het conflict tussen de paus en keizer Karel V partij voor zijn voormalige protector. Zelfs na de Sacco di Roma in 1527, de plundering van Rome door keizerlijke troepen, bleef hij de belangen van de keizer behartigen. Niettemin spande hij zich in om vrede tussen de paus en de keizer tot stand te brengen. Die vrede werd uiteindelijk gesloten, met als bezegeling de kroning van Karel V door paus tot keizer van het Heilig Roomse Rijk. (Karel V was in 1520 tot Rooms koning gekroond in de Dom van Aken, waarna hij zich 'gekozen Rooms keizer" noemde.

Sticht Utrecht

Bij de vredesbesprekingen tussen paus en keizer speelde het bisdom Utrecht een rol. Het bisdom was een sticht, een landsheerlijkheid behorend tot het Heilig Roomse Rijk. De bisschoppen van Utrecht heersten over het sticht als wereldlijke vorsten. Willem van Enckenvoirt wist te bewerkstelligen dat bisschop Hendrik II van Beieren in 1528 het diocesaan gebied als vorstendom (temporaliteit) overdroeg aan Karel V, Heer der Nederlanden, wat het einde van het Sticht Utrecht betekende. Als beloning voor zijn inspanningen werd Van Enckenvoirt zelf op 1 oktober 1528 benoemd tot de nieuwe bisschop van Utrecht. Dat betekende echter niet dat hij zelf de Utrechtse bisschopszetel zou bezetten. Hij liet zijn honneurs waarnemen door zijn neef Michaël van Enckenvoirt.

Testament Adrianus

Van Enckenvoirt verkreeg in 1530 van Clemens VII toestemming voor de overbrenging van de stoffelijke resten van Adrianus VI naar een door de kardinaal zelf bekostigd praalgraf in de kerk Santa Maria dell'Anima in Rome. Van Enckenvoirt was als executeur-testamentair van Adrianus de stichter van het Pauscollege in Leuven.

Apostelhuis in Mierlo

In 1531 stichtte Van Enckevoirt in zijn geboorteplaats Mierlo een gasthuis. Zijn zus Elisabeth en haar erfgenamen verzocht hij om het huis daadwerkelijk op te richten. Pas drie jaar na zijn dood was het gebouw klaar: een hospitium met een kapel. Het gasthuis werd Het Apostelhuis genoemd omdat het was toegewijd aan de Twaalf Apostelen en bedoeld als woning voor twaalf oude hulpbehoevende mannen. Het kapitaal van de stichting is tot in de 20ste eeuw gebruikt voor fondsen ten behoeve van diverse sociale voorzieningen in Mierlo.

Overlijden

Willem van Enckenvoirt overleed op 19 juli 1534. Zijn lichaam werd bijgezet in de Santa Maria dell'Anima. Hij had gewenst dat zijn graf in de apsis, tegenover dat van Adrianus VI, kwam te liggen. Het grafmonument, gemaakt door Giovanni Mangoni werd echter in 1575 naar een plaats bij de hoofdingang verplaatst.