De Brabantse kluizenaarster Ermelindis (510-600) wordt vereerd om haar liefde voor de armen, haar kuisheid en ascese. Haar feestdag is 29 oktober.
Ermelindis (ook wel: Hermelindis, Everlina, Everlijn) werd in Terdonck bij Lovenjoul (in het huidige Vlaams-Brabant) geboren als dochter van een rijke kasteelheer. Zij wilde als bruid van Christus haar maagdelijkheid behouden en weigerde daarom in het huwelijk te treden. Haar vader, onder de indruk van haar vastberadenheid, gaf haar toestemming om zich geheel aan God te wijden. Dat uitte zich aanvankelijk in het helpen van de armen. Verlangend naar eenzaamheid, trok ze naar het woud rond Bevekom, waar ze als ascetische kluizenaarster leefde. Later vestigde ze zich in een kluis in Meldert. Daar stierf ze op 29 oktober 600.
Bij haar graf in Meldert zouden zich volgens de overlevering vele mirakelen hebben voorgedaan. Haar gebeente werd in een schrijn geplaatst in de aan haar toegewijde kerk van Meldert (Vlaams-Brabant). Daar wordt ze tot op de dag van vandaag nog steeds wordt vereerd. Jaarlijks op Tweede Pinksterdag wordt ter harer eer een processie gehouden.
Sint-Ermelindis wordt ook vereerd in Moergestel (Noord-Brabant), waar in de 20ste eeuw een boterfabriek stond die naar haar was vernoemd. In 2008 werd in dit dorp bij Tilburg de Sint-Ermelindishof aangelegd. Soms wordt er vanuit Moergestel een bedevaart naar Meldert georganiseerd.
De liturgische gedachtenis van Sint-Ermelindis wordt jaarlijks gevierd op 29 oktober.
Sint-Ermelindis wordt aangeroepen bij oogziekten, koorts en verlamming.
In de christelijke iconografie wordt zij voorgesteld met de engelen die haar zouden hebben begraven. Haar attributen zijn veelal een reisstaf. Ook wordt er vaak een demon afgebeeld, vanwege de legende dat zij bij een man een kwade geest zou hebben verdreven.