Glossolalie betekent 'spreken in tongen'. Het is een verschijnsel dat voorkomt bij mensen die vervuld zijn van de Heilige Geest: in vervoering spreken of zingen zij in een niet-bestaande taal.

In tongen spreken

De term 'glossolalie' wordt gebruikt voor het bijzondere verschijnsel dat christenen 'in tongen spreken' noemen. Glossolalie komt van de Griekse woorden gloossa en lalein, die samen letterlijk 'met tongen spreken' betekenen.

Charisma

In de Eerste Korinthiërsbrief van de apostel Paulus wordt glossolalie een charisma genoemd. Een charisma is een bijzonder gave van de Heilige Geest. Andere charismata zijn onder meer het genezen van ziektes, het doen van wonderen, profetie en de onderscheiding van geesten.

Geheimzinnige klanken

In 1 Korintiërs 14 wordt enigszins duidelijk gemaakt wat glossolalie is: "Wie in vervoering spreekt, spreekt niet voor de mensen maar voor God; hij uit in geestverrukking geheimzinnige klanken en niemand begrijpt hem" (14,12).

Profetie

Profetie is de gave om Gods woord mee te delen. Paulus vindt deze gave belangrijker dan glossolalie, omdat profetie ten goede komt aan de hele kerkgemeenschap: "Ik gun u allen van harte het spreken in vervoering, maar ik heb liever dat gij profeteert" (1 Kor. 14, 15). Paulus waarschuwt de christenen van Korinthe dat mensen die niet met glossolalie vertrouwd zijn er makkelijk door kunnen worden afgestoten.

Vertolking

Paulus geeft de gemeente van Korinthe specifieke regels voor glossolalie tijdens bijeenkomsten: "Wat het spreken in geestverrukking betreft, dit geschiedde door twee of hoogstens drie, en ieder wacht zijn beurt af; en er moet iemand zijn om uitleg te geven. Is er niemand om het uit te leggen, dan moeten zij in de bijeenkomst zwijgen en maar spreken voor zichzelf en voor God" (1 Kor. 14,27).

Pinksteren

Bijbelgeleerden zijn het er niet over eens of er met Pinksteren bij de apostelen sprake was van glossolalie. In de Handelingen der Apostelen staat namelijk het volgende geschreven: Er verscheen hun iets dat op vuur geleek en zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen neerzette. Zij werden allen vervuld van de Heilige Geest en begonnen in vreemde talen te spreken, naar gelang de Geest hun te vertolken gaf (Handelingen 2,3-4). Vele pelgrims uit andere landen, die vanwege het joodse pinksterfeest in Jeruzalem waren, horen het extatische geluid van de apostelen en vragen zich af: "Hoe komt het dat ieder van ons hen hoort spreken in zijn eigen moedertaal?" Anderen reageren echter spottend en suggereren dat de apostelen dronken zijn.

Glossolalie of xenoglossie

De vraag rijst of hier nu sprake is van glossolalie of xenoglossie, het charisma om talen te spreken die de spreker nooit geleerd heeft. De meeste bijbeluitleggers denken dat sprake was van glossolalie, omdat een deel van de omstanders enkel onbegrijpelijk gestamel hoorde. Dat doet namelijk sterk denken aan een passage uit Paulus' eerste brief aan de Korintiërs, waarin hij zijn bezorgdheid uitspreekt over de indruk die het spreken in vervoering op buitenstaanders kan maken: "Zullen zij niet zeggen dat gij waanzinnig zijt?" (1 Kor. 14, 23).

Gave van vertolking

Maar hoe dan het feit te verklaren dat sommige omstanders meenden in hun eigen taal toegesproken te worden en een verkondiging van Gods grote daden hoorden? Hier biedt Paulus' brief aan de gemeente van Korinthe opnieuw uitkomst. Hij wijst erop dat de tongentaal begrepen kan worden door mensen die daarvoor een charisma hebben ontvangen. Misschien dat de Heilige Geest bij het Pinksterwonder slechts aan enkele omstanders het charisma van de vertolking schonk?

Charismatische vernieuwing

In moderne charismatische bewegingen neemt glossolalie een belangrijke plaats in. De tongentaal uit zich in charismatische groepen in een jubelend loven van God door middel van klanken die niet behoren tot de woordenschat van een bepaalde taal. De zogheten Charismatische Vernieuwing is inmiddels in veel christelijke kerken te vinden, ook in de Katholieke Kerk. Een belangrijke inspiratiebron is doorgaans de Amerikaanse Pinksterbeweging (pentecostalisme).

Pinksterbeweging

De Amerikaanse Pinksterbeweging ontstond aan het begin van de 20ste eeuw en maakt tot op de dag van vandaag een enorme bloei door. Pinksterchristenen geloven dat wie 'in de Geest' is gedoopt, tot een vurigere geloofsbelijdenis komt. In de jaren zestig van de vorige eeuw sloeg de vonk van de Pinksterkerken over op de al langer gevestigde kerken. Ook binnen de Rooms-Katholieke Kerk waren er gelovigen die verlangden naar een meer intense ervaring van de Heilge Geest en zijn charismata.

Kinderlijk gestamel

Er is veel geschreven over glossolalie in pinksterkerken en binnen de charismatische vernieuwing. Sommige waarnemers zijn van mening dat het gezamenlijk zingen of spreken in tongen gedurende charismatische gebedsdiensten veel weg heeft van kinderlijk gestamel. Volgens enkele auteurs over dit onderwerp is dat ook de bedoeling. Gelovigen zouden met hun gestamel willen aangeven dat menselijke woorden tekort schieten om Gods liefde te prijzen.