In de Rooms-Katholieke Kerk wordt op de eerste zondag na Pinksteren het hoogfeest van de Allerheiligste Drie-eenheid gevierd. In Nederland wordt het ook Drievuldigheidszondag genoemd.
Liturgie
In de 4de en 5de eeuw ontstonden er in de Katholieke Kerk liturgische gebeden en gezangen ter ere van de Drie-eenheid. Daarmee wilde men zich afzetten tegen ketterijen, zoals het arianisme, die de Drie-eenheid loochenden. Verzoeken om een eigen feest werden lang door de kerkelijke autoriteiten afgewezen, onder anderen door paus Alexander II (1061-1073). Toch verbood hij de viering van triniteitsfeesten die in sommige streken bestonden, niet.
Verplicht feest sinds 14e eeuw
Het was paus Johannes XXII (1316-1334) die bepaalde dat op de eerste zondag na Pinksteren het feest van de Heilige Drie-eenheid in de hele Kerk gevierd moest worden. In 1911 verhief paus Pius X het tot een feest van de eerste klasse.
Hoogfeest
Na het Tweede Vaticaans Concilie kreeg de Romeinse Ritus een nieuw rangenstelsel van bijzondere dagen op de liturgische kalender: facultatieve gedachtenis, verplichte gedachtenis, feest, hoogfeest. Drievuldigheidszondag moet als hoogfeest gevierd worden.