De brieven van Sint Ignatius van Antiochië (1e/2e eeuw) worden beschouwd als zeer voorname post-Bijbelse bronnen van de orthodoxe christelijke leer.

Opvolger van Petrus
De heilige Ignatius van Antiochië (Grieks: Ιγνατιος Αντιοχειας, Latijn: Ignatius Antiochensis) werd tussen 35 en 50 geboren. Volgens het Romeins martyrologium was hij een leerling van Sint Johannes de Evangelist. Ignatius was de tweede bisschop van Antiochië en als zodanig de opvolger van de heilige apostel Petrus, het eerste hoofd van de Kerk van Antiochië. Sint Petrus zou Ignatius zelf hebben benoemd en hem de handen hebben opgelegd.

Apostolische Vaders
Ignatius behoort tot de groep kerkvaders die vanwege hun aan de apostelen ontleende gezag de Apostolische Vaders worden genoemd. Hij schreef een reeks brieven, die gelden als belangrijke bron van de katholieke en orthodoxe leer over de Kerk, de sacramenten en het bisschopsambt. In de Catechismus van de Katholieke Kerk wordt hij achttien keer geciteerd.

Voor de leeuwen
Volgens geschiedschrijver Eusebius van Caesarea werd Ignatius gearresteerd tijdens de regeerperiode van de Romeinse keizer Trajanus (98-117). Na zijn aanhouding werd hij naar Rome overgebracht, waar hij in het Flavische Amfitheater (Colosseum) voor de leeuwen werd geworpen. Hij stierf de marteldood tussen 110 en 117.

Brieven
Tijdens zijn reis naar Rome schreef Ignatius zeven brieven (in het Grieks). Deze richtte hij tot verschillende kerken in Klein-Azië en Rome en een aan bisschop Polycarpus van Smyrna. In de traditie zijn de brieven genoemd naar de geadresseerden: Aan de Efeziërs [ad Eph.]; Aan de Magnesiërs [ad Magn.]; Aan de Tralliërs [ad Tral.]; Aan de Romeinen [ad Rom.]; Aan de Filadelfiërs [ad Phil.]; Aan de Smyrneeërs [ad Smyr.] en Aan Polycarpus [ad Pol.].

Martelaarschap
Ignatius schrijft over zijn sterke verlangen om als martelaar te sterven. De Romeinse christenen druk hij op het hart niet voor hem in de bres te springen of pogingen te doen hem vrij te krijgen. “Laat me toch voedsel zijn voor de dieren. Daardoor kan ik tot God komen. Ik ben de tarwe van God en door de tanden van de dieren word ik gemalen opdat ik zuiver brood van Christus zal blijken te zijn. Ja hitst de dieren op dat ze mijn graf worden en niets van mijn lichaam overlaten” (Ad Rom. IV).

Feestdag
In de Rooms-Katholieke Kerk wordt Sint Ignatius herdacht op 17 oktober, dezelfde dag waarop de Kerk van Antiochië al sinds de vierde eeuw zijn martelaarschap viert. In de Grieks-Orthodoxe Kerk, waar hij de bijnaam Θεοφορος (Theophoros = 'Goddrager') heeft, gedenkt men hem op 20 december. Zijn gedachtenis in de Koptisch-Orthodoxe Kerk valt op de 24ste van de Koptische maand Kiakh.