Nebo is een 817 meter hoge bergkam in het westen van Jordanië. Volgens het Oude Testament is Mozes op de berg Nebo gestorven.

Dood van Mozes
Vlak voor zijn sterven zou Mozes bovenop Nebo een blik hebben geworpen op het beloofde land, nadat hij het volk Israël veertig jaar door de woestijn had geleid. Het bijbelboek Deuteronomium schrijft in hoofdstuk 34:

Toen ging Mozes vanuit de vlakte van Moab de berg Nebo op, naar de top van de Pisga, recht tegenover Jericho. En de HEER liet hem het hele land zien (…). Toen zei de HEER tegen hem: 'Dat is nu het land dat Ik aan Abraham, Isaak en Jakob onder ede beloofd heb en waarvan Ik heb gezegd: aan uw nakomelingen zal Ik het geven. Ik heb het u met eigen ogen laten zien, ofschoon u de overtocht daarheen niet zult meemaken.' Daar in Moab stierf Mozes, de dienaar van de HEER, zoals deze dat gezegd had. Hij werd begraven in het dal bij Bet-Peor in Moab; tot vandaag toe weet niemand waar zijn graf ligt.

God begraaft Mozes?
Volgens joodse en christelijke traditie is Mozes door de HEER zelf begraven. In de tekst van Deuteronomium lijkt er echter sprake van een typische passivum divinum, een passieve werkwoordsvorm die een handeling aan God toeschrijft.

Straf van God
Volgens de bijbelboeken Numeri 20 en Deuteronomium 32 mocht Mozes het beloofde land niet binnengaan omdat hij, samen met Aäron, had gezondigd bij Meriba. Daar hadden de twee leiders van Israël geen ontzag getoond voor Gods heiligheid.

Tabernakel en Ark
Volgens het deuterocanonieke boek 2 Makkabeëen 2 verborg de profeet Jeremia de Tabernakel en de Ark van het Verbond bovenop de Nebo in een rotsspelonk.

Kerk en klooster
In 1933 werden op de hoogste top resten van een vierde-eeuwse kerk en een klooster gevonden. Deze kerk wordt genoemd in het verslag over de pelgrimage van Egeria (ca. 390) Over de resten werd een nieuwe kerk ter nagedachtenis aan Mozes gebouwd. Vandaag is Siyagha (Aramees voor 'klooster') zowel een klooster als het hoofdkwartier van het Franciscaner Archeologisch Instituut.

Kruisbeeld met slangen
Op Nebo is een kruisbeeld met slangmotief van de Italiaanse kunstenaar Giovanni Fantoni te zien. Het kunstwerk verwijst naar het verhaal over Nechustan, de koperen slang (Numeri 21,4-9) en naar de woorden in het Johannes-evangelie: Maar evenals Mozes in de woestijn de slang omhoog geheven heeft, zo moet ook de Mensenzoon omhoog worden geheven. (Johannes 3,14)

Johannes Paulus II
In 2000 bracht paus Johannes Paulus II de berg Nebo, als onderdeel van zijn bezoek aan het Heilig Land. Hij plantte daar, als teken van vrede, een olijfboom naast de Mozes-gedachteniskerk. Een gedenksteen herinnert aan deze gebeurtenis.