John Henry Newman (1801-1890) werd de leider van de Oxford-beweging (1833-1845), die voor een opleving van het anglicaanse geloof in Engeland zorgde. In 1845 werd hij na de studie van de kerkvaders rooms-katholiek. Hij zette zich als priester, auteur, theoloog, filosoof en opvoeder in voor de verspreiding van het geloof. In 1879 werd hij vanwege zijn verdiensten kardinaal. De invloed van zijn werk is nog steeds enorm. In 2019 werd hij heiligverklaard.

Kinderjaren
John Henry werd op 21 februari 1801 geboren in Londen. Zijn ouders waren anglicanen. Aan het einde van zijn studie op het privé-internaat in Ealing, in de zomer van 1816, kwam Newman in contact met evangelische literatuur. De evangelicals vormden een stroming binnen de anglicaanse Kerk die sterk de nadruk legde op een persoonlijke bekering en op het geloof in de zoendood van Jezus. De periode van 1 augustus tot 21 december 1816 noemde hij later zijn "eerste bekering". Zij legde de basis voor zijn levenswerk. Newman werd zich bewust van een persoonlijke relatie tot God en de noodzaak van dogma's; ook ervoer hij de roeping tot een celibatair leven.

Universiteit van Oxford
Vanaf juni 1817 studeerde hij in Oxford. In april 1822 werd Newman tot ieders verbazing fellow van Oriel College. Dit betekende dat hij bij de groten van Oxford hoorde. In 1824 werd Newman diaken en begon zijn pastoraat in de Sint-Clemensparochie van Oxford. Een jaar later werd hij priester. Op theologisch vlak leerde Newman in Oriel de betekenis van de overlevering, van de zichtbare kerk en van de apostolische opvolging (van de bisschoppen) kennen. Mede hierdoor verdween geleidelijk zijn evangelische inslag. In Oriel raakte hij bevriend met de sleutelfiguren voor de komende Oxford-beweging: Richard Hurrell Froude, John Keble en Edward Bouverie Pusey.

Pastoor van St. Mary's
Newman werd in 1828 pastoor van de universiteitskerk Saint Mary's. Mede door zijn druk bezochte preken op zondagmiddag zou hij de komende 15 jaar een ongelooflijk moreel gezag in Oxford opbouwen. Zijn studie van de kerkvaders leidde tot zijn eerste grote theologisch werk: The Arians of the Fourth Century (1832). In december 1832 vertrok hij voor een rondreis naar het Middellandse-Zeegebied. Aan het einde van deze reis, in april 1833, werd hij op Sicilië doodziek en zweefde er drie weken op de rand van de dood. Deze reis en ziekte betekenden een verdieping en gaven hem de zekerheid dat hij nu een opdracht in Engeland te vervullen had.

Oxford-beweging
Newman kwam net op tijd terug in Engeland voor John Kebles preek "National Apostasy" (14 juli), het begin van de Oxford Movement. De beweging begon als een reactie op de inmenging van de Staat in de Kerk. De groep probeerde de clerus nieuw geestelijk leven en zelfbewustzijn bij te brengen. In september 1833 verschenen de eerste Tracts for the Times, anonieme pamfletten met de oproep zich achter de bisschoppen te scharen. De Tracts (1833-41) werden een daverend succes en leidden tot een heel brede beweging. Newman was het genie, de vruchtbaarste schrijver, de polemist en het centrum van deze beweging.

Via media
Al snel werden de Tracts for the Times vooral theologische uiteenzettingen over de fundamenten (apostoliciteit en katholiciteit) van de Anglicaanse Kerk. Hierbij dook de vraag op: hoe is onze verhouding tegenover de Rooms-Katholieke Kerk? Newman probeerde hierop een eigen anglicaanse ecclesiologie te formuleren in 1837-38. Zijn oplossing was: de Kerk van Engeland is de ware middenweg (via media) tussen de dwalingen van Rome enerzijds en het protestantisme anderzijds. Deze Via Media bleek echter geen stand te houden bij nader historisch onderzoek, met name van de heresieën uit de oude Kerk. De Tracts eindigden door het verzet in 1841 tegen Tract 90 waarin Newman een katholieke interpretatie voorstelde van de “39 artikelen” die de basis van de Anglicaanse Kerk vormen.

Periode van twijfel
Newman trok zich terug in Littlemore, een gehucht bij Oxford, waar hij samen met vrienden een monastiek leven leidde. Intussen wankelde zijn hele kerkbeeld. De centrale en voor Newman existentiële vraag was: “Welke Kerk is de ware erfgenaam van de oude Kerk?” Zijn studies leidden tot zijn Essay on the Development of Christian Doctrine. Op 9 oktober 1845 werd Newman door de Zalige Domenico Barbieri in de Katholieke Kerk opgenomen.

Newman katholiek
Newman werd in Rome priester gewijd en stichtte in Londen en daarna in Birmingham een Oratorium van Filippus Neri. De rest van zijn leven zou Newman in Birmingham wonen. Als nieuwe katholiek had Newman het in de eerste decennia niet gemakkelijk. Hij kreeg te maken met tegenslagen, onbegrip en problemen. Zo was er een (onterecht) proces tegen hem wegens smaad (Achilli), mislukte de nieuwe universiteit van Dublin die hij in opdracht van het Ierse episcopaat opgericht had, kreeg hij problemen met het Oratorium in Londen en liepen de Bijbelvertaling, waarvoor hij gevraagd was, en een poging om in Oxford een katholiek college te stichten op niets uit. Zijn hoofdredacteurschap van het tijdschrift Rambler en zijn artikelen over de geloofszin (On consulting the faithful in matters of doctrine) waren reden om hem jarenlang verdacht te maken in Rome. Newman was in deze jaren zielzorger, predikant, schoolhoofd en een vruchtbaar briefschrijver. Hij had veel contact met de talloze bekeerlingen die hem naar de katholieke Kerk gevolgd waren. Hij schreef talrijke preken, artikelen, toespraken en boeken. Heel zijn leven lang zag hij het religieuze liberalisme als grootste bedreiging van het geloof.

Apologia pro vita sua
In 1863 werd Newmans integriteit en die van de hele katholieke clerus aangevallen in een tijdschrift. Newmans verdedigde zich in een vrijmoedige uiteenzetting van zijn eigen geloofsontwikkeling. Deze religieuze autobiografie, de Apologia pro vita sua (1864), deed heel Engeland de zijde van Newman kiezen en gaf hem weer moreel gezag en aanzien zoals ten tijde van de Oxford-beweging.

Vaticanum I en de pauselijke onfeilbaarheid
Tijdens de aanloop naar het Eerste Vaticaans Concilie (1869-1870) verzette Newman, overtuigd van de Pauselijke Onfeilbaarheid, zich tegen de extreme visies hierop. Het uiteindelijk dogma van de pauselijke onfeilbaarheid werd in Engeland zeer vijandig ontvangen. De gemoederen kwamen daar pas tot rust na Newmans sublieme uiteenzetting erover in zijn Letter to de Duke of Norfolk (1875).

Grammar of Assent
In 1870 publiceerde Newman An Essay in Aid of a Grammar of Assent, waarin hij trachtte aan te tonen dat iemands geloofszekerheid niet afhangt van de (wetenschappelijke) argumenten die hij ervoor kan aandragen.

Kardinaalsbenoeming
Paus Leo XIII benoemde Newman tot kardinaal in maart 1879, omwille van zijn geniale visie, geleerdheid en vroomheid bij de uitoefening van zijn ambt. Dit betekende het einde van alle verdachtmakingen en tegenwerking.

Levenseinde
In 1886 begonnen Newmans krachten af te nemen en hij stierf op 11 augustus 1890. Hij werd begraven op het kerkhof van het Oratorium in de Lickey Hills bij Rednal in Worcestershire. Op eigen wens werd zijn lijk gelegd in het graf waarin vijftien jaar eerder het stoffelijk overschot van zijn goede vriend en mede-oratoriaan Ambrose St John was begraven. In verband met Newmans zaligverklaringsproces werd het graf geopend. Er bleek niets te zijn overgebleven van zijn lichaam. Op 19 september 2010 werd kardinaal Newman door paus Benedictus XVI in Birmingham zaligverklaard. Op 13 oktober 2019 werd hij door paus Franciscus heiligverklaard.

Zijn betekenis
Newmans invloed duurt onverminderd voort. Hij gaf de theologie enorme impulsen door zijn visie op de dogma-ontwikkeling, zijn herontdekken van de betekenis van de geloofszin en van de kerkvaders, zijn subtiele analyses van o.a. het dogma van de onfeilbaarheid, enz. Hij was daarnaast ook filosoof, apologist, polemist, predikant, opvoeder, en een van de grootste Engelstalige prozaschrijvers. De kwaliteit, originaliteit, impact en diepgang van zijn leven en werken, en niet te vergeten zijn geloofstrouw en liefde voor de Kerk en de zoekende mens, plaatsen hem in de rangen van de kerkleraars.

Dit lemma is gebaseerd op een tekst van:
Dr. H.H.D. Achten pr.

Literatuur:

  • Rik ACHTEN, First Principles and Our Way to Faith. A Fundamental-theological Study of John Henry Newman's Notion of First Principles, Frankfurt am Main, Peter Lang, 1995.
  • Ian KER, John Henry Newman. A biography, Oxford, Clarendon Press, 1988.
  • John Henry NEWMAN, Apologia pro Vita Sua: being a History of his Religious Opinions, London, Rivingtons, 1873.