Sententiën zijn formules die zijn afgeleid van uitspraken door Kerkvaders. In het middeleeuwse denken speelden de verzamelingen van deze sententiën een grote rol, omdat zij hebben bijgedragen aan de systematisering van de theologie.
Gezaghebbende opinies
Het Latijnse woord sententia (meervoud sententiae) heeft verschillende betekenissen. Het is afgeleid van sensus ('gevoel' of 'zintuig'). Een sententie is een gedachte die gebaseerd is op een gevoel of een waarneming: een gevoelen, een mening. Een andere betekenis is taalkundig van aard: een sententie is allereerst een volzin en in tweede instantie een spreuk of een formule. Sententia is ook de aanduiding van datgene wat een taaluiting een zin geeft: 'betekenis'. In de rechtspraak had sententie de betekenis gekregen van 'oordeel', 'vonnis' en 'wet'; in de politiek: 'stem'.
Verzamelingen
Bij de val van het West-Romeinse Rijk ontstond bij christelijke geleerden de behoefte om kernachtige uitspraken van beroemde bisschoppen en geleerden te verzamelen. Deze scherp geformuleerde volzinnen, sententiae genoemd, werden steeds vaker beschouwd als gezaghebbende oordelen dan als louter meningen. Ze gingen over de Heilige Schrift, over theologische en filosofische kwesties, en over kerkrechtelijke vraagstukken. De meest befaamde verzamelaar van sententiën was de heilige Isidorus van Sevilla (560-636).
Analyse
Toen het aantal sententiën was aangegroeid, viel het op dat de ene de andere tegensprak of leek tegen te spreken. Dat had als effect dat er twijfel rees over de autoriteit van de formules. Bij hen die de Kerkvaders hooghielden werd het dus noodzakelijk geacht om de sententiën te analyseren, met als doel een zekere mate van harmonie in die opinies te ontdekken. Uit deze analyses ontstonden eind 11e eeuw de eerste boeken waarin de sententiën systematisch waren geordend: de Libri Sententiarum.
Abaelardus
De eerste grote geleerde die de tegenspraak in de sententiën poogde op te lossen was Petrus Abaelardus (1079-1142). In zijn boek Sic et Non ('Ja en Nee') bracht hij honderden kerkvaderlijke formules bijeen die elkaar schenen te weerspreken. Dit werk had een enorme invloed op de ontwikkeling van het Westerse denken, omdat er voor het eerst complexe begrippen logisch werden geanalyseerd.
Systeemdenken
De systematische behandeling van de sententiën werd vanaf de twaalfde eeuw de kernactiviteit van de godgeleerdheid. Het systeemdenken bereikte zijn hoogtepunt in de Summae, de als samenvattingen bedoelde traktaten die uitgroeiden tot complete behandelingen van alle theologische kwesties.
Petrus Lombardus
De onbetwiste meester van de sententiën was Petrus Lombardus (ca. 1100-1159/60). Zijn vier sententiënboeken zouden tot in de 16e eeuw de grondslag vormen van de theologie. Een van de academische graden was die van baccalaureus sententiarius, een universitaire docent die belast is met onderricht gebaseerd op de IV Libri Sententiarum van Petrus Lombardus. Grote denkers als Thomas van Aquino en Willem van Occam schreven commentaren op dit werk.
Voorbeeld
De eerste sententie die Petrus Lombardus behandelt is van Sint Augustinus, gehaald uit diens De doctrina christiana. Zij luidt: Omnis doctrina est de rebus vel de signis('Elke leer handelt over zaken of over tekenen').