Het joodse boek Wijsheid van Jezus Sirach behoort tot de katholieke canon van de Heilige Schrift. Het bevat spreuken, smeekbeden, dankpsalmen en hymnische teksten.

Ecclesiasticus
Het boek Wijsheid van Jezus Sirach heet in de traditie van de Latijnse Kerk Ecclesiasticus, een titel waarvan de betekenis niet zeker is. Betekent het 'kerkelijk', dan slaat dat ofwel op het deuterocanonieke karakter van het boek ofwel op de grote waardering die het boek genoot: het werd graag in de kerken voorgelezen. 

Auteur
De Septuaginta plaatst boven het boek de titel: 'De Wijsheid van Jezus, de zoon van Sirach'. De Hebreeuwse titel zou uit vers 50,27 afgeleid kunnen worden als 'Lessen in wijsheid en kennis zijn neergelegd in dit boek door Jezus, de zoon Sirach Elazar, uit Jeruzalem'. Op grond van het 'Woord vooraf', toegevoegd door de kleinzoon van de schrijver, die het werk in het Grieks vertaalde, wordt algemeen aangenomen dat de auteur in feite Jezus heette. Hij woonde in Jeruzalem en trad er in zijn leerhuis als wijsheidsleraar op. De vertaler emigreerde in het 38ste jaar van koning Euergetes (170-117) naar Egypte, dus na 132 voor Christus en hij voltooide zijn werk na 117.

Hogepriester Simon
Een berekening voert tot de conclusie dat Jezus Sirach zelf omstreeks 190 voor Christus in de volle kracht van zijn leven was. Deze veronderstelling wordt bevestigd door de beschrijving van de hogepriester Simon in hoofdstuk 50, een stuk dat van een bewonderaar, wellicht zelfs van een tijdgenoot stamt; en Simon was omstreeks 190 hogepriester. Niets doet overigens vermoeden dat de Makkabese troebelen (begonnen in 167 voor Christus) al uitgebroken zijn, al zijn er wel aanwijzingen dat het boek geschreven is in een tijd die niet vrij was van onderdrukking, onverschilligheid en geloofsafval.

Hellenisme
Het is dus wel tussen 190 en 170 ontstaan, in een tijd die in het teken van het hellenisme staat. Daarin neemt Sirach een genuanceerd standpunt in. Hij blijft trouw aan de oude joodse traditie, maar staat ook open voor de waardevolle elementen van de hellenistische beschaving. Met name zijn verwantschap met de stoïsche wijsbegeerte is opvallend. Eenzelfde soepelheid legt hij tegenover het joodse erfgoed aan de dag: zijn boek hoort tot het genre wijsheid en bestaat dan ook grotendeels uit korte parallel opgebouwde spreuken zoals die in het boek Spreuken te vinden zijn.

Wetgetrouw en Godvrezend
Sirach brengt echter meer een zekere orde aan door de spreuken met een gemeenschappelijk onderwerp met elkaar te verbinden, zodat het thema van verschillende kanten belicht wordt. Het boek bevat ook hymnische stukken, smeekbeden en dankpsalmen. Met name brengt Sirach de grote stromingen van het Oude Testament samen: wijsheid wordt gelijk gesteld met trouw aan de Wet en vrees voor God, dat wil zeggen vroom leven. We vinden hier een belangstelling voor eredienst, tempel en priesterschap, die de kritische geluiden van de profeten ter harte genomen heeft; en voor het eerst wordt een stuk geschiedschrijving in een wijsheidsboek opgenomen (44-50), waardoor de toen geliefde heldenverering wordt overgenomen en in joodse zin omgebogen.

Humanisme
De grote heilstradities als uitverkiezing in verbond, uittocht en gave van het land, nemen slechts een ondergeschikte plaats in. Ook biedt Sirach nauwelijks een toekomstperspectief: in zoverre aardt hij naar de oude wijsheid. 'Sirach weet in zijn onderwijs de diepte van de geopenbaarde godsdienst voorbeeldig te verbinden met een gezond en overtuigend humanisme' (A. Lefêvre). Over de doelstelling van het boek bericht de kleinzoon in zijn 'Woord vooraf'.

Toevoegingen
Het staat niet vast dat al de teksten van Sirachs hand zijn; de groei van het boek is lang doorgegaan. De Griekse tekst is langer dan de Hebreeuwse, en de Latijnse is op zijn beurt uitgebreider en vromer dan de Griekse. De vrijheid waarmee men het boek van meestal vrome toevoegingen voorzag, hangt wel samen met het deuterocanonieke karakter ervan.

Canoniek
Hoewel het, zeker in bepaalde kringen, echt geliefd was, nemen de rabbijnen het niet op in de lijst van goddelijke geschriften; en hoewel het Nieuwe Testament herhaaldelijk naar Sirach verwijst en het ook door Kerkvaders hoog wordt aangeslagen, wordt het pas door de concilies van Florence (1441) en Trente (1546) definitief als heilig en geïnspireerd erkend, terwijl de Reformatie tot het joodse standpunt terugkeerde.

Hebreeuwse teksten
De uitspraken van het rooms-katholiek leergezag hebben ongetwijfeld de Griekse tekst op het oog, te meer waar het Hebreeuwse origineel toentertijd uit het gezichtsveld verdwenen was. Inmiddels zijn er op een totaal van 1.650 verzen 1.100 in het Hebreeuws teruggevonden, echter in een miniem aantal en meestal zeer late handschriften van niet steeds goede kwaliteit: de Griekse en oude Latijnse tekst zijn vaak beter, terwijl ook de Syrische vertaling (beïnvloed door de Griekse) waardevol is.

Willibrordvertaling
De Willibrordvertaling is uitgegaan van de Griekse tekst in een kritische uitgave, waarbij latere toevoegsels achterwege zijn gelaten (in de telling blijkt dat door het verspringen van de versnummers). De vertalers zijn van dit beginsel afgeweken waar de Griekse tekst geen goede zin schijnt te bieden of waar het Hebreeuws duidelijk een betere zin geeft; uiteraard zijn hier de grenzen moeilijk te trekken.

Met dank aan de Katholieke Bijbelstichting (KBS) die de 'Inleiding op het boek Wijsheid van Jezus Sirach (Willibrordvertaling van de Bijbel, uitgave 1995) welwillend ter beschikking heeft gesteld voor verwerking in dit lemma.