Königstein, 10 februari 2022 - Grootaartsbisschop Svjatoslav Sjevtsjoek van Kiev-Galicië bidt dat er een einde komt aan de Russische desinformatie en de “afgoderij van het geweld”. Dat zei het hoofd van de Oekraïense Grieks-Katholieke Kerk onlangs tijdens een online-persconferentie, gemodereerd door de internationale hulporganisatie Kerk in Nood (ACN) vanuit haar hoofdkwartier in Königstein, Duitsland.
De oorlog in Oost-Oekraïne duurt nu al bijna acht jaar. Thans wordt gevreesd voor een Russische invasie van het Oekraïense grondgebied. De tactiek van Moskou in dezen doet volgens Sjevtsjoek denken aan de periode van de Sovjet-Unie.
“Ik was een Sovjetsoldaat. In het Sovjetleger was geweld het eerste en het laatste instrument om problemen op te lossen. Eerst moet je je vijand raken, daarna praat je met hem. Als je probeert een dialoog tot stand te brengen, word je als zwak beschouwd, zelfs als je uiting geeft aan de wens om escalatie te vermijden. In cultureel, religieus en politiek opzicht moeten we ons verzetten tegen het gebruik van geweld als instrument”, zei de grootaartsbisschop, die erover klaagde dat de wereld getuige is van een kwaadaardige manifestatie van wat hij “een afgodendienst van het geweld” noemde.
“Met gebed en internationale steun kunnen we nee zeggen tegen geweld, nee tegen oorlog. Er is een nieuwe ‘afgodendienst’ van geweld aan het ontstaan in de wereld, en als christenen moeten we nee zeggen tegen geweld, nee tegen militaire actie. Dialoog, samenwerking en solidariteit kunnen ons helpen om moeilijkheden en problemen in de wereld van vandaag te overwinnen”, aldus de katholieke kerkleider. “Ons eerste antwoord is gebed. Zo stoppen Oekraïense katholieken elke dag om acht uur ’s avonds Oekraïense tijd – dat is zeven uur Centraal Europese tijd – met alles en bidden we samen de rozenkrans. Als het mogelijk is, doe dan met ons mee in dit gebed voor de vrede in Oekraïne.”
Sjevtsjoek betreurt het dat in het huidige klimaat in de regio de wil om een gevaarlijke escalatie van dit militaire conflict te voorkomen, wordt verward met lafheid: “Als je probeert een dialoog tot stand te brengen, word je als zwak beschouwd, zelfs als je blijk geeft van de wil om escalatie te voorkomen. In cultureel, religieus en politiek opzicht moeten we ons verzetten tegen het gebruik van geweld als instrument.”
Het Oekraïense volk lijdt onder wat hij een hybride oorlog noemt. “We concentreren ons vaak op de 100.000 soldaten en het militaire materieel dat aan onze grens is verzameld. Maar de militaire kant is slechts één aspect. De andere zijn misinformatie en propaganda en ook politieke en economische escalatie”, zegt hij, ook verwijzend naar de schadelijke psychologische effecten van voortdurende berichtgeving in de media op de Oekraïense burgers. Zelfs als de militaire invasie nooit plaatsvindt, hebben de Oekraïners nu al te lijden onder de gevolgen van deze situatie.
Een voorbeeld van desinformatie is volgens de aartsbisschop dat de religieuze verhoudingen in Oekraïne worden getekend door conflict. “Orthodox, protestant of katholiek, we zijn minder verdeeld dan wordt beweerd. Wij hebben dezelfde boodschap van vrede. Religieuze eenheid in Oekraïne is een zaak van nationale veiligheid, er is geen religieuze oorlog in Oekraïne. Er zijn verschillende standpunten, enige verdeeldheid onder de orthodoxen, maar onder de mensen, ongeacht welke confessie, is er geen verdeeldheid.”