Den Haag, 25 december 2020 – “Afstand houden druist in tegen onze menselijke natuur.” Dat zei koning Willem-Alexander in zijn kersttoespraak van dit jaar. Het Nederlandse staatshoofd stond stil bij alle mensen die door corona zijn getroffen, op welke manier dan ook, en stak hun een hart onder de riem.
We gaan ervan uit dat alles in het leven te beheersen is, maar dit onttrekt zich aan onze greep, aldus de koning. “Misschien bent u moe van de manische meningenmachine en snakt u naar doodgewone vriendelijkheid. Ook de zachte stemmen verdienen het gehoord te worden”, zei de koning.
Willem-Alexander pleitte voor verdraagzaamheid, medemenselijkheid en vooral voor vergeving. "Een bijna ouderwets begrip, dat in de Bijbel een grote rol speelt. En dat juist in deze tijd onverminderd heilzaam kan zijn. Wij mensen zijn niet geschapen om elkaar te haten. Een land waarin mensen elkaar een beetje liefdevol tegemoet treden, is een land waarin mensen zich thuis kunnen voelen, ook in tijden van grote onzekerheid."
De koning citeerde de apostel Paulus: "De liefde is geduldig en vol goedheid. Ze kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan, ze verheugt zich niet over het onrecht maar vindt vreugde in de waarheid."
"Het kerstfeest is van oudsher het feest van het terugkerende licht na de donkerste periode van het jaar. Bij alle onzekerheid mogen we daarop vertrouwen. Heb geduld. De zon keert terug. Het licht komt terug. ‘Midzomernachtsdroom’ zal weer gespeeld worden. We zullen elkaar weer kunnen ontmoeten en omhelzen. Ik wens U allen - waar U zich ook bevindt en hoe Uw persoonlijke omstandigheden ook zijn - een gezegend Kerstfeest."
De koning sprak zijn rede uit in de Chinese Zaal van zijn woonpaleis Huis ten Bosch in Den Haag. De toespraak werd eerder deze week opgenomen.