Belgrado, 19 februari 2021 - De 59-jarige bisschop Porfirije, die gisteren werd verkozen tot hoofd van de Servisch-Orthodoxe Kerk, is vandaag in de Sint-Michielskathedraal in Belgrado geïntroniseerd.
Patriarch Porfirije (civiele naam Prvoslav Perić) volgt patriarch Irinej op, die 30 november op 90-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van COVID-19.
Met 31 van de 39 stemmen was metropoliet Porfirije van Zagreb en Ljubljana de eerste van de drie leidende kandidaten met de meeste stemmen van de 30 verkiesbare bisschoppen. De andere waren Irinej van Bačka, die 30 stemmen kreeg, en bisschop Jefrem van Banja Luka, die 24 stemmen kreeg. In de laatste fase van de verkiezing bepaalde het lot wie de 46ste patriarch van Servië zou worden. Een monnik selecteerde blindelings een van de drie enveloppen die in een evangelieboek gestoken waren. Hij trok de envelop waarin het briefje zat met de naam Porfirije erop.
De inhuldigingsplechtigheid, waarbij de uitverkoren kandidaat de patriarchale troon in bezit nam, werd bijgewoond door president Aleksandar Vučić van Servië, een aantal ministers van de Servische regering, vertegenwoordigers van kerken en religieuze gemeenschappen in Servië, voorzitter Milorad Dodik van het presidium van Bosnië en Herzegovina, president Željka Cvijanović van de Republiek Srpska, apostolisch nuntius Luciano Suriani, rooms-katholiek aartsbisschop Stanislav Hočevar van Belgrado en hoogwaardigheidsbekleders als prins Filip Karađorđević.
Prvoslav Perić werd op 22 juli 1961 geboren in de Joegoslavische stad Bečej (thans gelegen Servië). Zijn familie heeft wortels in Bosnië en Herzegovina. Na het gymnasium werd hij monnik in het klooster Visoki Dečani en kreeg hij de religieuze naam Porfirije (uit het Grieks: Πορφύριος, Porphýrios). Hij behaalde zijn bachelor in orthodoxe theologie aan de Universiteit van Belgrado in 1986. In datzelfde jaar werd hij diaken gewijd in het klooster van de Heilige Drievuldigheid in Mušutište, Kosovo. Porfirije volgde daarna postdoctorale studies aan de Universiteit van Athene.
In 1999 werd Porfirije tot priester gewijd in het klooster van Kovilj, vlakbij de Servische stad Novi Sad.
Vader Porfirije oefende een grote aantrekkingskracht uit op zoekenden. Mede dankzij hem werd het klooster van Kovilj een spiritueel centrum voor veel jonge mensen: intellectuelen, kunstenaars, acteurs en rockmuzikanten, vooral uit Novi Sad en Belgrado. In die tijd Porfirije was hij ook werkzaam als pastor voor drugsverslaafden.
Op 14 mei 1999 werd Porfirije door de Bisschoppenraad van de Servisch-Orthodoxe Kerk gekozen tot titulair bisschop van Jegar, en benoemd tot vicaris van de Eparchie van Bačka.
Hij promoveerde in 2004 in Athene op het proefschrift ‘Mogelijkheid van kenbaarheid van God in de visie van Paulus volgens de interpretatie van de heilige Johannes Chrysostomos’.
In 2005 vormde bisschop Porfirije een therapeutische gemeenschap genaamd Zemlja živih (‘Het Land van de Levenden’), die uitgroeide tot een succesvol project voor drugsrehabilitatie.
In 2010 belastte de bisschoppenraad Porfirije met de oprichting van de orthodoxe geestelijke verzorging binnen de Servische strijdkrachten. Hij was militair aalmoezenier tot 2011, waarna hij coördinator was voor de samenwerking tussen de Servisch-Orthodoxe Kerk en de nationale krijgsmacht.
In mei 2014 werd Porfirije gekozen tot metropoliet-aartsbisschop van Zagreb en Ljubljana. In die hoedanigheid zette hij zich in voor de verzoening tussen Serviërs en Kroaten. Hij was gasthoogleraar aan enkele rooms-katholieke faculteiten in Kroatië en knoopte goede betrekkingen aan met prominente leden van de rooms-katholieke clerus.