Parijs, 17 december 2023 - De Onze-Lieve-Vrouwkathedraal van Parijs heeft sinds gisteren weer een gouden windhaan op het topje van haar nieuwe vieringtoren, een belangrijke mijlpaal voor de Notre-Dame die in 2019 door vlammen werd verwoest en op 8 december 2024 officieel zal worden heropend.
Het object werd zaterdagmiddag op de grond gezegend door aartsbisschop Laurent Ulrich van Parijs. Ook werden er drie relikwieën die ongeschonden uit de brand kwamen, ingestopt: stukjes uit het gebeente van de twee stadspatronen Sint-Dionysius en Sint-Genoveva, en een klein stukje van de Doornenkroon van Christus. Vervolgens werd de haan met een kraan naar de top van de 96 meter hoge torenspits gehesen.
Het betreft een geheel nieuwe windhaan, ontworpen door de hoofdarchitect van de historische monumenten van Frankrijk, Philippe Villeneuve. De vorige raakte beschadigd tijdens de brand die op 15 april 2019 het iconische kerkgebouw grotendeels verwoestte.
Philippe Villeneuve gaf de haan “vleugels van vuur”, zo zei hij bij de inzegening. Het objecht herinnert eraan “dat de kathedraal net als de feniks uit zijn as kan herrijzen”.
De haan op kerktorens symboliseert de christelijke deugd van de waakzaamheid. Ook herinnert het beeld aan Petrus’ drievoudige verloochening van Jezus na diens arrestatie (Matteüs 26, 69-75).
In Frankrijk is de haan bovendien het nationale symbool, vooral bij sportevenementen. Dat is gebaseerd op een woordspeling: het Latijnse woord gallus betekent zowel ‘Galliër’ als ‘haan’. Daarom staat het silhouet van de haan al sinds de Oudheid op Gallische munten. Na in Middeleeuwen in de vergetelheid te zijn geraakt, werd het vanaf de Renaissance gebruikt in afbeeldingen van de koning van Frankrijk. De populariteit groeide vanaf de Franse Revolutie, hoewel Napoleon I er een afkeer van had. De haan kreeg zijn politieke prestige terug in 1830, toen een verordening bepaalde dat hij op de knopen van het uniform van de nationale garde en op de vlaggen moest staan.