Almelo, 14 mei 2025Het register van de begraafplaats bij het voormalige klooster van de Congregatie van Onze Lieve Vrouw van Liefde van de Goede Herder in Almelo geeft een juist beeld van het aantal overledenen dat daar begraven lag. Dat zou blijken uit het vandaag gepubliceerde rapport over het onderzoek dat is verricht in opdracht van de gemeente Almelo, de huidige eigenaar van het terrein. 

Het onderzoek werd verricht naar aanleiding van de VPRO-tv-documentaire Meisjes van de Goede Herder  over oud-leerlingen die zich erover beklaagden dat ze in hun jeugd door de zusters waren uitgebuit. Er werden 124 stoffelijke overschotten gevonden. Daarvan zijn er 122 vrouw, waaronder opmerkelijk veel van jonge leeftijd (tussen 18 en 30 jaar).

VPRO:  Documentaireserie Meisjes van de Goede Herder legt vergeten graven bloot  (14 mei 2025)

Van 1860 tot 1978 werden ongeveer twintigduizend meisjes met een moeilijke jeugd opgevangen in vijf tehuizen van de in Frankrijk gestichte rooms-katholieke religieuze congregatie, waaronder in Almelo. 

“De zusters zijn blij dat door dit onderzoek een einde komt aan deze wilde geruchten, die ook bij oud-leerlingen en andere betrokkenen voor veel onrust en verdriet hebben gezorgd”, zo laat de congregatie vandaag weten. 

Geen resten aangetroffen op andere plekken

Volgens de onderzoekers zijn er geen stoffelijke resten aangetroffen op andere plekken dan op de graven op de plattegrond van de begraafplaats. Ook het aantal overledenen onder de dertig jaar was al eerder bekend (ook bij de burgerlijke stand). Alleen van een in 1918 overleden volwassene zijn geen persoonsgegevens bekend.

Op de begraafplaats van het klooster, die in gebruik was van 1881-1980, lagen in totaal 218 overleden zusters, pupillen en oud-pupillen. Bij de verkoop door de zusters van het klooster en het bijbehorende terrein in 1985 werd in een notariële akte gewezen op de begraafplaats en de plicht van de eigenaar om deze begraafplaats te respecteren en in stand te houden. Daar is door nieuwe eigenaren stelselmatig weinig of niets aan gedaan. Zo werden onder meer de kruisen van de begraafplaats verwijderd zodat het als zodanig niet meer herkenbaar was. 

'Rommelige ontruiming'

De geluiden over de ernstige verwaarlozing van de begraafplaats bereikten ook de congregatie. Daarom is in 1997 door de zusters de opdracht gegeven om de begraafplaats volledig te ontruimen, zoals het onderzoek ook vermeldt. 

De uitvoering van die opdracht is volgens de congregatie “uiterst rommelig verlopen” waardoor er een aanzienlijk aantal stoffelijke resten achterbleef, zonder medeweten van de zusters. 

Tijdens het maken van de documentaire door de VPRO kwam aan het licht dat op de grond van de begraafplaats inderdaad nog stoffelijke resten lagen, waarna de gemeente Almelo een onderzoek gelastte. 

Nu het onderzoek is afgerond, laat de congregatie weten dat zij hoopt snel een afspraak te kunnen maken met de gemeente Almelo en de stichting Kinderdwangarbeid Meisjes Goede Herder (KMGH) voor een passende herbegrafenis van de overleden zusters, pupillen en oud-pupillen.