01-12-2019

Paus Franciscus heeft vanmiddag de Hermitage van Greccio in de Italiaanse provincie Rieti bezocht. In dit franciscaanse heiligdom ongeveer 90 km ten noorden van Rome herdacht Sint-Franciscus van Assisi in de kerstnacht van 1223 de geboorte van Christus door in een grot het kerstverhaal te laten uitbeelden. 

De stichter van de minderbroederorde wilde met deze voorstelling laten zien onder welke armoedige omstandigheden de Verlosser ter wereld was gekomen. Greccio is daarmee de bakermat van de presepe, afgeleid van het Latijnse praesaepium, dat zowel ‘voederbak’ als ‘stal’ betekent. 

De paus, die de naam Franciscus aannam uit verering voor de Poverello (‘Kleine Arme’) van Assisi, ondertekende in Greccio een apostolische brief, getiteld Admirabile signum, waarin hij de betekenis en de waarde van de kerststal benadrukt. Volgens de Heilige Vader is de presepe een “eenvoudig en wonderlijk teken van het christelijk geloof”. Hij roept de gelovigen op voor Kerstmis in familie- of verenigingsverband een kerststal op te bouwen.

Het is de tweede keer dat paus Franciscus in het heiligdom van Greccio was. De eerste keer was in 4 januari 2016 toen hij er een verrassingsbezoek bracht.

In bijna elke kerststal treffen we naast het Kerstkind ook Maria, Jozef, een os en een ezel aan. De engel die de boodschap aan de herders verkondigt hangt vaak in de nok van de stal of grot. Vaak wordt het beeldje van het Kindeke Jezus pas in de kerstnacht in de kribbe gelegd.

De os en de ezel worden niet genoemd in het Nieuwe Testament. Deze figuren zijn ontleend aan twee teksten uit het Oude Testament: “Een os kent zijn eigenaar, een ezel de krib van zijn meester; maar Israël weet van niets, mijn volk heeft geen begrip” (Jesaja 1,3) en "Te midden van twee dieren zult Gij herkend worden" (Griekse versie van Habakuk 3,2). 

Franciscus van Assisi had van paus Honorius III speciale toestemming gekregen om het kersttafereel met levende personen uit te beelden. In het bos bij Greccio droeg een priester bij de presepe de Heilige Mis op. Sint-Franciscus, die tot diaken was gewijd, zong het kerstverhaal uit het Lucasevangelie. Volgens een legende knielde hij neer tijdens het zingen van de passage ‘en legde Hem neder in een kribbe’, waarop er een echte baby, omstraald van licht, in zijn armen verscheen.