Vaticaanstad, 11 december 2020 - Katholieke hulporganisaties en kerkelijke vertegenwoordigers hebben gisteren een door het Vaticaan georganiseerde videoconferentie gehouden om de humanitaire situatie in Syrië en Irak te bespreken. Daaraan namen paus Franciscus en de VN-hoge commissaris voor de Vluchtelingen, Filippo Grandi, deel. 

De paus deed tijdens de vergadering een beroep op de internationale gemeenschap om “alles in het werk te stellen” om vluchtelingen veilig en economisch verantwoord naar hun vaderland te laten terugkeren.

Franciscus riep de christenen in het Midden-Oosten op in de regio te blijven. Hun aanwezigheid is volgens hem altijd “een teken van vrede, vooruitgang, ontwikkeling en verzoening tussen mensen en volkeren” geweest. Ook moedigde de Heilige Vader katholieke hulporganisaties aan om voor ontheemden te werken ongeacht hun religie of etnische identiteit. Volgens het Vaticaan hebben katholieke organisaties in Syrië en Irak sinds 2014 voor een miljard dollar hulp geboden.

Lees: Paus in maart naar Irak

Tijdens de videoconferentie werd ook gesproken over de toestand in Libanon en de gevolgen van de coronapandemie voor de humanitaire hulp in oorlogs- en rampgebieden en aan mensen die deze gebieden zijn ontvlucht. 

De vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (UNHCR) schat dat er halverwege 2020 bijna 80 miljoen mensen op pad waren die van huis en haard zijn verdreven door gewapende conflicten, vervolgingen en mensenrechtenschendingen. Bijna 35 miljoen waren naar het buitenland gevlucht en de rest is in eigen land ontheemd geraakt. Ruim vier miljoen naar het buitenland uitgeweken ontheemden hebben asiel aangevraagd, volgens schattingen van de UNHCR.

Filippo Grandi liet onlangs weten dat het aantal mensen dat door geweld op drift raakt, in tien jaar tijd is verdubbeld. 

Voor mensen op de vlucht vormt de coronapandemie een crisis bovenop een crisis. Maatregelen om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan, maken het voor vluchtelingen moeilijker om in veiligheid te komen. Op het hoogtepunt van de eerste coronagolf in april sloten 168 landen hun grenzen geheel of gedeeltelijk. Daarvan maakten negentig landen geen uitzondering voor mensen die asiel zochten. Momenteel zijn er 111 landen die met steun van de vluchtelingenorganisatie oplossingen hebben gevonden om ervoor te zorgen dat hun asielstelsel tijdens deze pandemie toch volledig of gedeeltelijk operationeel is.