Vaticaanstad, 8 april 2021 - Paus Franciscus heeft in verband met de voorjaarsbijeenkomst van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (5-11 april) opgeroepen tot schuldenverlichting voor arme landen. Want dat is volgens hem een absolute voorwaarde voor wereldwijde solidariteit. Tevens zou het voor die staten makkelijker worden maken om toegang tot coronavaccin te krijgen.

In zijn vandaag gepubliceerde brief aan de instanties spreekt de paus over “ecologische schulden” van de geïndustrialiseerde landen, die hun welvaart vaak te danken hebben aan de uitbuiting van natuurlijke bronnen.
Die schulden moeten worden afbetaald door steun te geven aan de duurzame ontwikkeling in het ‘zuiden’ van de wereld, vindt het hoofd van de Katholieke Kerk.

Franciscus roept in zijn brief nadrukkelijk op tot een “rechtvaardig gefinancierde vaccinatiesolidariteit”. De marktwetten mogen geen voorrang krijgen op universele volksgezondheid. Franciscus deed opnieuw een beroep op regeringen, bedrijven en internationale organisaties om samen te werken bij het verstrekken van vaccins, vooral aan degenen die er het meest behoefte aan hebben.

Plannen voor wereldwijd herstel na de pandemie moeten “nieuwe, meer inclusieve en duurzame oplossingen” omvatten om de reële economie te ondersteunen en de achtergestelden te helpen, zo eist de Romeinse pontifex. Als de wereld beter, menselijker en meer solidair uit de crisis wil komen, is het nodig “nieuwe en creatieve vormen van sociale, politieke en economische participatie” te ontwerpen. In dit proces, zegt hij, moeten ook de armen een stem hebben.

In tegenstelling tot nationale wederopbouwplannen is er “dringend behoefte aan een mondiaal plan”, aldus Franciscus. Hij pleit daarom voor een internationaal netwerk voor inclusieve ontwikkeling.

Franciscus vindt dat de wetten en reglementen voor de financiële markten ook op het algemeen welzijn gericht moeten zijn. “De inzet voor economische, financiële en sociale solidariteit vraagt dus om veel meer dan incidentele daden van vrijgevigheid”, schrijft de Heilige Vader de aan de deelnemers van de vergadering van de Wereldbank en het IMF.