Vaticaanstad, 8 februari 2021 - Paus Franciscus heeft vanochtend in de Hal der Zegeningen het corps diplomatique toegesproken. Deze nieuwjaarsbijeenkomst zou eigenlijk op 25 januari worden gehouden, maar toen moest de Heilige Vader wegens zijn ischias verstek laten gaan. De ambassadeurs van alle landen met wie de Heilige Stoel volledige diplomatieke betrekkingen heeft, hoorden de pontifex een omwenteling in het economische denken bepleiten: niet de mens moet om de economie draaien, maar de economie om de mens.
Franciscus riep de regeringen van alle staten die in Vaticaanstad vertegenwoordigd zijn, op de coronapandemie te benutten als aanzet voor een eerlijkere wereldeconomie.
Ook blikte de paus terug op het jaar 2020. Hij noemde daarbij onder meer de verlenging van de voorlopige samenwerkingsovereenkomst tussen de Heilige Stoel en de Volksrepubliek China, maar ook de totstandkoming van de verdragen met de Democratische Republiek Congo en Burkina Faso.
Franciscus herhaalde zijn oproep voor een universele toegang tot de basisgezondheidszorg en voor een eerlijke verdeling van de vaccins tegen het coronavirus.
Opmerkelijk was zijn oproep voor een effectief akkoord op de volgende VN-Klimaatconferentie, die in november in Glasgow wordt gehouden.
De COVID-19-pandemie heeft volgens de paus een andere ziekte aan het licht gebracht die onze tijd treft: die van een economie die gebaseerd is op exploitatie en verspilling van zowel mensen als natuurlijke hulpbronnen. De huidige crisis is een uitgelezen gelegenheid om de relatie tussen mens en economie te heroverwegen.
“We hebben nood aan een soort copernicaanse revolutie die de economie ten dienste stelt van de mens en niet omgekeerd. En dat, voegde hij eraan toe, moet ook een economie zijn die de schepping niet langer genadeloos plundert.”
Paus Franciscus wees er verder nog op dat de sluiting van de grenzen door de pandemie en de door corona veroorzaakte economische crisis verschillende humanitaire noodsituaties hebben verergerd, zowel in conflictgebieden en in regio's die worden getroffen door klimaatverandering en droogte, als in vluchtelingenkampen en migrantenopvangcentra. Hij noemde daarbij expliciet Soedan, de toestand in de Tigray-regio in Noord-Ethiopië, de Cabo Delgado-regio in Mozambique, Jemen en "mijn geliefde Syrië". Tot slot benadrukte de Heilige Vader dat de huidige crisis moet stimuleren tot een schuldkwijtschelding of op zijn minst tot een schuldvermindering voor de armste landen.