Vaticaanstad, 17 juli 2022 - Paus Franciscus is van 24 tot 29 juli in Canada om in dialoog te treden met inheemse volkeren. Vandaag zei hij in zijn angelustoespraak dat deze reis het karakter zal hebben van een “boetvaardige pelgrimstocht”, vanwege de deelname van de katholieke kerk aan de koloniale onderdrukking van deze volken. In Canada bestaat de hoop dat de paus namens de kerk officieel zijn excuses zal aanbieden. Eerder deed hij dat al tegenover afgevaardigden die naar Vaticaanstad waren gekomen.
“Volgende week zondag vertrek ik, als God het wil, naar Canada; daarom wil ik mij nu richten tot alle inwoners van dat land. Beste broeders en zusters van Canada, zoals jullie weten, kom ik in de naam van Jezus onder jullie om de inheemse volkeren te ontmoeten en te omhelzen”, zei Franciscus vanuit een venster van het onbewoonde pauselijke apartement in het Apostolisch Paleis.
“Helaas”, vervolgde de pontifex, “hebben in Canada vele christenen, onder wie sommige leden van religieuze instituten, bijgedragen aan het beleid van culturele assimilatie dat in het verleden de inheemse gemeenschappen op verschillende manieren ernstig heeft geschaad. Daarom heb ik onlangs enkele groepen, vertegenwoordigers van inheemse volkeren, in het Vaticaan ontvangen, aan wie ik mijn leedwezen en solidariteit heb betuigd voor de schade die zij hebben geleden.”
“En nu sta ik op het punt te beginnen aan een boetvaardige pelgrimstocht, waarvan ik hoop dat die met Gods genade zal bijdragen aan de reeds ondernomen reis van genezing en verzoening. Ik dank u bij voorbaat voor al het voorbereidende werk en voor de ontvangst die u mij zult geven. Dank jullie allemaal! En ik vraag u om mij te vergezellen in gebed”, zei de paus tot de menigte op het Sint-Pietersplein.
In Canada bestond lange tijd het zogenoemde Indian residential school system, een netwerk van kostscholen voor inheemse volken. Van 1894 tot 1947 was het voor kinderen van ‘indianen’ verplicht in deze internaten te wonen. Het netwerk werd gefinancierd door het Canadese regeringsdepartement van Indiaanse Zaken en bestuurd door diverse christelijke kerkgenootschappen.
Het schoolsysteem werd in het leven geroepen om inheemse kinderen te isoleren van de invloed van hun eigen inheemse cultuur en religie om hen te assimileren in de dominante cultuur van Canada. Ongeveer 150.000 kinderen werden in deze residentiële scholen geplaatst. Tegen de jaren 1930 werd aangenomen dat ongeveer 30 procent van de inheemse kinderen op deze kostscholen zat. Het aantal schoolgerelateerde sterfgevallen blijft onbekend vanwege onvolledige registers. Schattingen lopen uiteen van 3.200 tot meer dan 30.000. Hun lijken belandden vaak in naamloze graven, waarvan er vorig jaar een aantal werd ontdekt. Dat leidde wereldwijd tot grote verontwaardiging.