Windsor, 17 april 2021 - Prins Philip, de hertog van Edinburgh, is vanmiddag ten ruste gelegd in de grafkelder van St George's Chapel op Windsor Castle. Dat gebeurde na een plechtige uitvaartdienst in dezelfde kapel, die rechtstreeks door de BBC op radio en tv werd uitgezonden.
De voorganger in de vijftig minuten durende anglicaanse dienst was priester John Connor, de deken van Windsor. Aartsbisschop Justin Welby van Canterbury las het verhaal van de Opwekking van Lazarus uit het Johannesevangelie voor en sprak het afsluitende zegengebed uit.
De deken van Windsor roemde in zijn toespraak “de vriendelijkheid, humor en menselijkheid” van prins Philip. “Wij zijn geïnspireerd door zijn onwrikbare trouw aan onze koningin, door zijn dienstbaarheid aan de natie en het Gemenebest, door zijn moed, standvastigheid en geloof”, aldus de hoofdkanunnik van de koninklijke Sint-Joriskapel. Er werd, zoals de hertog gewenst had, geen preek gehouden.
Lees: Hertog van Edinburgh overleden (9-4-2021)
De aanwezigen, die plaats hadden genomen in de koorbanken, droegen zwarte mondneusmaskers en namen de geldende afstandsregels in acht. De weduwe van de overledene, koningin Elizabeth II, zat alleen.
Voorafgaand aan de dienst liepen de vier kinderen van prins Philip in een begrafenisstoet achter de lijkkist. Deze werd op verzoek van hertog vervoerd in een aangepaste Land Rover, die Philip zelf had helpen ontwerpen.
Prinses Anne en prins Charles vormden de eerste rij achter het voertuig, gevolgd door prins Edward en prins Andrew. Op de derde rij liepen Philips kleinzonen prins William en prins Harry, met tussen hen in hun neef Peter Phillips.
Meer dan 730 leden van de Britse strijdkrachten namen deel aan de plechtigheid. In de kapel mochten volgens de coronaregels maximaal 30 rouwenden aanwezig zijn.
Bugelblazers van de Royal Marines zongen Action Stations – een signaal dat alle hens klaar moeten zijn voor de strijd – toen de kist aan het eind van de dienst in de Royal Vault (‘koninklijke grafkelder’) werd neergelaten.
De band van de hertog met de Royal Navy en zijn liefde voor de zee stonden ook centraal tijdens de dienst. Zo werd Eternal Father, Strong to Save uit 1860 van William Whiting gezongen. Deze hymne wordt geassocieerd met de marine en andere maritieme diensten. Het kerkkoor bestond uit slechts vier zangers. Het kerkvolk mocht conform de coronaregels niet meezingen.
In de Royal Vault liggen de stoffelijke overschotten van de koningen George III, George IV en William IV en van ongeveer twintig andere leden van de koninklijke familie.