De 26-jarige Naz Kawan woont de eerste paar jaar van haar leven in Irak. Maar wanneer ze drie jaar oud is, vlucht ze naar Nederland samen met haar moeder en zusje. Nu staat Naz aan het roer van Makerspace, een kleermakerij in de voormalige Bijlmerbajes. "Onze ambitie is de textielindustrie terug naar Nederland te halen."
Metershoge muren van beton en prikkeldraad. Een uitnodigend plaatje is het niet. Tot 2016 bood dit complex onderdak aan honderden gevangen. Inmiddels wordt de Bijlmerbajes gesloopt en omgetoverd tot woonwijk.
In de oude wasserette van de gevangenis is de sfeer compleet anders. Kleurige lampionnen hangen aan het plafond en tweedehands schoolstoeltjes en tafels staan tussen grote blauwe wasmachines. De sociale onderneming 'A Beautiful Mess' heeft de ruimte omgetoverd tot restaurant en kleermakerij.
Ze worden ondersteund door Refugee Company, een organisatie met als doel vluchtelingen te laten integreren door ze te helpen sociaal en economisch onafhankelijk te worden. In het restaurant en de kleermakerij volgen tientallen mensen een leerwerktraject.
Begonnen met twee naaimachines
Het idee voor Makerspace komt van Naz Kawan. Samen met Fleur Bakker schreef ze een bedrijfsplan waaruit de kleermakerij begin dit jaar voortvloeide. Het begon met twee naaimachines, maar inmiddels staan er al dertien stuks te ratelen op de werkvloer. In het atelier zijn de afgelopen maanden al meer dan 25 kleermakers uit onder meer Syrië en Eritrea aan het werk gezet.
Naz ontvangt me in het restaurant en vertelt over haar drijfveren en ambities. Ze wordt geboren in de stad Erbil in Iraaks-Koerdistan. In 1997 vlucht Naz samen met haar moeder en zusje naar Nederland. De twee worden opgevangen in een asielzoekerscentrum en belandden uiteindelijk in Zelhem, een klein dorp in de Achterhoek.
Na de middelbare school gaat Naz naar het Amsterdam Fashion Institute en studeert daarnaast bedrijfskunde. Mode is haar passie. "Maar dan niet alleen de esthetische kant van mode", legt ze uit. "Ik wil mode inzetten als middel voor verandering. Om te zorgen voor gelijkwaardigheid en eerlijke kansen."
We willen dat consumenten weten wie er achter de naaimachine zitten
Volgens Naz ontbreekt het in de mode-industrie aan transparantie. Waar komt de kleding vandaan en wie heeft het gemaakt? Ze vindt dat grote merken niet open staan om in gesprek te gaan over de oorsprong van hun kleding. Dat is iets wat Makerspace juist naar voren willen brengen. Naz: "Transparantie is belangrijk. We willen dat consumenten zich bewust worden van hoe hun kleding tot stand komt en wie er achter de naaimachines zitten."
De Nederlandse textielindustrie is voor een groot deel verplaatst naar andere landen. Zo’n vijftig jaar geleden zaten er alleen al in Amsterdam een paar honderd kledingateliers. "Langzaam zie je het een beetje terugkomen", zegt Naz. "Wij zijn natuurlijk niet de enige die lokaal spullen maken, maar we doen het hier wel op relatief grote schaal. Het is onze ambitie om de textielindustrie terug naar Nederland te krijgen."
Gordijnen uit de bajes
De eerste grote klus die ze kregen, was het produceren van achthonderd gordijnen voor een nieuwbouwproject. Naz vertelt lachend: "Het bedrijfsplan en onze ideeën op papier zagen er natuurlijk prachtig uit, maar dan moet je het nog gaan uitvoeren. We hadden vijf weken de tijd. 'Gaat dit wel lukken?', dacht ik regelmatig. Gelukkig is het goed gedaan. We hebben de gordijnen op tijd geproduceerd en afgeleverd."
Naast transparantie is duurzaamheid een belangrijk thema voor Naz. Recent hebben de makers pakken gemaakt uit honderd kilo gerecyclede jeans. En er staat een nieuw project op stapel waarbij ze oude jeans gebruiken om schorten te maken voor een groot horecabedrijf. "Van zo’n project word ik helemaal warm", vertelt de Amsterdamse opgewekt. "Het liefst zou ik enkel op deze manier werken, maar dat is best een uitdaging."
Naz geeft een rondleiding en laat haar bedrijf zien. In de ruimtes kom je allerlei kenmerken tegen van de gevangenis die het ooit was. Naast de deur van de toiletten hangt een bordje met 'gedetineerden'. In het atelier klapperen de naaimachines en zijn mensen druk met patronen en het borduren van logo’s.
Alem pakt de draad weer op
Een van de werknemers, Alemtsehay Uloldesilase, is bezig de logo’s van een hip jongerenmerk aan te brengen op de kleding die ze hebben gemaakt. De 48-jarige vrouw uit Eritrea woont al bijna twintig jaar in Nederland. Goedlachs vertelt ze hoe ze in het atelier is beland.
"De eerste jaren in Amstelveen bleef ik thuis en zorgde ik voor mijn kinderen. Die zijn nu zelfstandig en dus vond ik het tijd om werk te zoeken." In Eritrea was Alemtsehay docent handwerk. Ze leerde haar studenten borduren, breien en spreien maken. Via de gemeente kwam ze in aanraking met Makerspace en pakte de draad (letterlijk) weer op.
"Ik vind het hier fantastisch", vertelt ze glunderend. "Veel beter dan thuis zitten en ik leer iedere dag nieuwe dingen." Nadat ze haar leerwerktraject succesvol had doorlopen, mocht ze aanblijven voor één dag in de week. Ze hoopt vanuit hier door te stromen naar een betaalde baan.
Naz zag met eigen ogen hoe moeilijk het was voor haar moeder een nieuw bestaan op te bouwen. Zij had rechten gestudeerd, maar haar diploma’s waren hier niks waard. Een baan vinden was zo goed als onmogelijk. Naz: "Het huidige systeem werkt niet. Het is zo ingesteld dat we mensen zo snel mogelijk aan het werk willen helpen zonder eerst te vragen naar iemands talenten."
Talent in overvloed
In het atelier wordt geput uit een netwerk van kleermakers die met de vluchtelingenstroom naar Nederland zijn gekomen. Dat zijn er heel veel. Inmiddels staan er vijftig mensen op de wachtlijst, sommigen met tientallen jaren ervaring.
Naz wil dit jaar vijftig kleermakers aan het werk zetten. Het leerwerktraject duurt zes maanden. De deelnemers werken twee dagen per week in het atelier en krijgen daarnaast taalles. Ook worden ze gekoppeld aan een coach en is er indien nodig psychologische hulp. "Maatwerk is belangrijk", legt Naz uit. "Hoe gaat het met je? En waar kom je vandaan? Dat is het eerste wat we aan nieuwe mensen vragen. Ook willen we weten waar iemands talenten liggen en wat zijn of haar ambities zijn."
Inmiddels werkt Makerspace samen met verschillende bekende merken. Ook zij krijgen steeds vaker vragen van klanten over waar de kleding vandaan komt en wie de makers zijn. Door nog veel vaker naar de buitenwereld te communiceren wie de makers zijn, hoopt Naz hen ook een stukje waardigheid terug te geven.
Regelmatig laten de makers weten dat ze dankbaar zijn voor de kans die Makerspace hen geeft. Toch is het een relatie gebaseerd op gelijkwaardigheid. Naz: "We helpen ze, maar hoeven ze niet te vertellen hoe zij hun vak moeten uitoefenen, dat weten ze zelf al."
Naar aanleiding van dit artikel heeft de gemeente Amsterdam contact opgenomen met Naz. Ze willen kijken of het mogelijk is samen te werken aan initiatieven voor een duurzame kledingindustrie.