Charkov, 18 mei 2022 - Een rooms-katholiek klooster in Marioepol is door de Russen in beslag genomen en omgebouwd tot het hoofdkwartier van hun stadsbestuur. Dat is onlangs bevestigd door mgr. Jan Sobiło, hulpbisschop van het Oekraïense bisdom Charkov-Zaporizja.
Het betreffende klooster is van de Orde van Sint-Paulus de Eerste Heremiet (afgekort OSPPE; ook bekend als Paters Paulijnen).
Marioepol is een haven- en industriestad aan de Zee van Azov in het zuidoosten van Oekraïne. Het werd zwaar belegerd door de Russen.
Het paulijnenklooster was reeds op 17 maart door de aanvallers geplunderd. “Ze namen alles mee wat er was, zelfs de kelken”, verklaarde pater Paweł Tomaszewski OSPPE, pastoor van de parochie Onze Lieve Vrouw van Częstochowa in Marioepol, tegenover het Italiaanse persagentschap SIR. Volgens de paulijn hebben de Russen alles gedaan om de katholieke religieuzen uit de stad te verdrijven, en dat het klooster nu is “ontheiligd” en ingericht als het gemeentelijk administratief centrum van de zogenaamde Volksrepubliek Donetsk.
“Ik vraag u te bidden voor onze mooie stad, voor haar verdedigers en voor ons, en dat onze stad en ons heiligdom zullen worden bevrijd van de aanvallers”, aldus pater Tomaszewski.
De priester was er naar eigen zeggen in geslaagd op 5 maart samen met een broeder en enkele parochianen uit de stad te ontsnappen. Hij had over de plunderingen in zijn klooster gehoord van de overgebleven gelovigen in zijn parochie. Hij is nu in het westen van Oekraïne en probeert contact te houden met Marioepol. Dat is echter moeilijk, omdat veel communicatielijnen verbroken zijn. “In Marioepol werkt momenteel noch de mobiele telefoon, noch het internet.” Elektriciteit en water zijn op sommige plaatsen nog beschikbaar, maar de situatie ter plaatse is in alle opzichten “catastrofaal”.
Ook de Oekraïense Grieks-katholieke grootaartsbisschop Svjotaslav Sjevtsjoek bracht onlangs verslag uit over de ontstellende situatie in Marioepol. Volgens zijn informatie lijden meer dan 170.000 burgers in Marioepol momenteel ernstige honger. De stad is “volledig omsingeld@ door Russische troepen, en de overgebleven verdedigers in de staalfabriek van Azov waren hun “heldhaftige beschermers”, waarbij het lot van de stad verstrekkende gevolgen heeft voor geheel Oekraïne.
Sjevtsjoek zei te bidden voor de bevrijding van “deze stad van Maria”, waar burgers “op het randje van de hongerdood staan en op wier hoofden elke dag tonnen Russische bommen vallen”.