28-04-2019

In de Argentijnse stad La Rioja zijn zaterdag vier martelaren zaligverklaard. Dat gebeurde bij aanvang van een eucharistieviering in een groots stadspark, voorgegaan door kardinaal Angelo Becciu, prefect van de pauselijke Congregatie voor de Heiligverklaringsprocessen. De vier nieuwe zaligen zijn: bisschop Enrique Angelelli, pater Carlos Murias, priester Gabriel Longueville en catecheet Wenceslao Pedernera. Zij werden vermoord in 1976 in opdracht van het militaire bewind van Argentinië. 

Monseigneur Enrique Angelelli van La Rioja, een van de vier van de 57 leden van de Argentijnse bisschoppenconferentie die publiekelijk afstand namen van de militaire junta. Op 4 augustus 1976 werd hij bij een nepverkeersongeluk geliquideerd. Dertig jaar later, op Angelelli’s sterfdag, ging kardinaal Jorge Bergoglio (nu paus Franciscus) voor in een gedachtenisviering in de kathedraal van La Rioja. In zijn homilie zei hij, zinspelend op de marteldood van Sint-Stefanus, de allereerste martelaar van het christendom, dat Angelelli ‘stenen naar zich kreeg toegeworpen omdat hij het Evangelie predikte’. Het was het eerste kerkelijk eerbetoon aan deze moedige bisschop die het moest opnemen tegen een bewind dat zich door de Katholieke Kerk gesteund voelde. Kardinaal Bergoglio schaarde hem onder Christus’ bloedgetuigen toen hij in de mis de beroemde formule van kerkvader Tertullianus uitsprak: ‘Het bloed der martelaren is het zaad der kerk.’

Pater Carlos de Dios Murias, lid van de Orde der Minderbroeders Conventuelen, en de Franse missionaris Gabriel Longueville waren beiden werkzaam in de armenzorg van het bisdom La Rioja. Ook boden ze hulp aan mensen die door de junta werden onderdrukt. In juli 1976 werden ze ontvoerd, gefolterd en vermoord. Hun verminkte lichamen werden laten teruggevonden. Ook de lekencatechist Wenceslao Pedernera werd door de autoriteiten als staatsgevaarlijk gebrandmerkt. Op 25 juli werd hij doodgeschoten voor het oog van zijn vrouw en drie dochters. 

Kardinaal Becciu zei zaterdag in zijn homilie dat alle vier werden vermoord “vanwege hun actieve inspanningen om christelijke gerechtigheid te bevorderen”; op het moment van hun liquidatie deden de autoriteiten er alles aan om “hun toewijding aan de sociale rechtvaardigheid en de bevordering van de waardigheid van de menselijke persoon” te hinderen.

Paus Franciscus riep Enrique Angelelli, Carlos Murias, Gabriel Longueville en Wenceslao Pedernera in juni 2018 uit tot martelaar. Dat betekent dat de Kerk hen officieel erkent als gelovigen die vanwege hun geloofsgetuigenis werden omgebracht.